Ontstaansgeschiedenis

 
cover-back
cover-front

COLOFON

Auteur: Toon Moolenaar

Broncorrecties en adviezen: Willy Aarts, Paul Holland, Aad Krekelaar

Samenstelling: Marcel Delhez, Gerald Megens, Leo Stakenburg

Foto's: Lenie Aarts, Lies Leenders, Wim Koene, Hennie Kok, Fam. Vrenssen, PR-commissie

Overzichtstekeningen: Paul Holland

Vormgeving en druk: Schoth Grafimedia B.V., Boxmeer

 

Voorwoord

In 2003 bestaat LTC Uden 30 jaar. Dit is voor het bestuur aanleiding geweest om Toon Moolenaar, lid van de vereniging, te vragen de historie op te tekenen. Het resultaat heeft u nu in handen. "De Hoeden en de Petten" geeft op beknopte wijze de geschiedenis van het tennis in Uden en nog specifieker die van LTC Uden weer.

Uden kent een rijke historie als het om tennis gaat. Velen van u zullen niet weten dat er in de jaren '30 in het centrum al getennist werd. "De Hoeden en de Petten"geeft in eerste gedeelte een helder beeld over de ontstaansgeschiedenis van dit tennis. Vanaf de oprichtingsdatum in 1973 geven we u chronologisch een overzicht van de belangrijkste gebeurtenisssen onder de vlag van LTC Uden. In de bijlagen staan 'de Stamboom', de ontvangers van de 'Bruine Beren Beker', de clubkampioenen en een overzicht van de ereleden.

U komt in het boek veel namen van mensen tegen die het tennis in Uden een warm hart hebben toegedragen. Velen zijn echter ook niet met naam genoemd. Gelet op het grote aantal actieven in de vereniging, nu en in het verleden, bleek dit een onmogelijke opgave te zijn. Onze dank gaat dan ook uit naar al deze vrijwilligers. Zonder hen immers geen tennis en dus geen historisch overzicht.

Bij de samenstelling van het boek hebben we gebruik gemaakt van diverse bronnen. Uiteraard is daarbij getracht alle zorgvuldigheid in acht te nemen. Mochten we desondanks ergens een naam foutief of helemaal niet hebben kunnen achterhalen dan willen we ons hierover vooraf excuseren. De foto's zijn veelal afkomstig uit privé-albums van diverse leden. Gelukkig is hiervan veel bewaard gebleven zodat ze u een indruk geven over de tijd die vooraf ging aan 30 jaar LTC Uden.

De samenstellers van 'De Hoeden en de Petten' wensen u veel, voor sommigen heel herkenbaar, leesplezier en hopen zo een stukje tennisgeschiedenis van LTC Uden bij u te laten voortleven.

- De Hoeden en de Petten

 

De geschiedenis van de Lawn Tennis Club Uden door Toon Moolenaar.

Waar het tennis zich in Nederland in vorige eeuw heeft ontwikkeld van een van oorsprong elitaire sport voor iedereen en voor praktisch alle leeftijden, kan men zich ook in Uden, de plaats van LTC Uden, afvragen, hoe dit proces zich geeft afgespeeld.

Een onderzoek hiernaar leidt naar de voorlopers van LTC Uden en dan blijkt, dat de tennissport in Uden al lang, voordat er van LTC Uden sprake was, werd beoefend. 

Officiële informatie over tennis vind je pas in de eerste gemeentegids van Uden van 1969 – ( toen de Lawn Tennis Club Uden nog niet bestond). Er opereren dan een drietal tennisverenigingen, welke - zo zal blijken - de voorlopers zijn van LTC Uden. Uit informatie over de voorlopers van LTC Uden bij enkele ouderen onder ons, die de gebeurtenissen van toen hebben meegemaakt of uit overlevering kunnen navertellen, wordt duidelijk, dat er in Uden al lang voor de tweede werelsoorlog werd getennist. Zo werd er bij het Missiehuis St.Willebrord van de paters S.V.D. in het huidige sportpark door paters en studenten getennist.

Maar ook in het centrum van Uden bestond vanaf 1933 een echte tennisclub met een eigen baan. Deze beide omstandigheden spelen een belangrijke rol bij de ontwikkelingen op tennisgebied in Uden en hebben zelfs geleid tot het ontstaan en de oprichting van de "Lawn Tennis Club Uden". Met name de tennisvereniging in het centrum van Uden is een regelrechte voorloper van LTC Uden en vormt een stukje geschiedenis op zich zelf, natuurlijk gekleurd door de omstandigheden van die tijd. Deze oudste vereniging werd officieel op 1 april 1933 opgericht. (akte 15 juli 1935).

U moet zich Uden in de jaren dertig voorstellen als een agrarisch dorp met een overwegend Rooms Katholieke bevolking van amper 8.000 inwoners.

Uden was op vele terreinen nog echt een achtergebleven gebied. Zo waren er voor de gewone man enkele sportverenigingen, zoals een turnvereniging, voetbal, in 1919 was immers ons aller UDI opgericht. Op Vluchtoord kende Uden zelfs een, op Belgische leest geschoeide, heuse wielerbaan. Vroeger werd dit genoemd 'Het Kamp', omdat in de oorlog 1914-1918 op deze plaats een kamp voor Belgische vluchtelingen was ingericht. De bewoners van dit kamp hebben toen zelf deze wielerbaan aangelegd. Op Bedaf bestond al vanaf 1906 een schietvereniging. Maar tennis bestond in Uden nog niet.

Net als overal in Nederland kende Uden in die tijd bepaalde personen of families, die wat meer op de voorgrond traden, zoals de dokter, de notaris, de dierenarts, een fabrikant, kortom mensen, die gewoon waren initiatieven te nemen, over de grenzen van de gemeente heen te kijken en vaak ook vernieuwing brachten.

Voor de mensen ken de Uden winig sportieve ontspanning.

 

DE ZEVENSTER

Maar de meisjes Coenen tennisten op kostschool Mariënburg in Nijmegen, terwijl de meisjes Van der Putten in Veghel, waar toen al wel werd getennist, als introducé werden uitgenodigd. Mevr. (Doet) Coenen, nu wonend in Veghel, weet het nog precies. Bij een familiebezoekje werd door de dames Coenen en Van Sleeuwen het idee geopperd ook in Uden te gaan tennissen. Het hing gewoon in de lucht, zegt Mevr. Coenen, en het idee werd dan ook snel overgenomen en in plannen omgezet. Zoals dat paste in die tijd, werden de plannen eerst door de heren Coenen en Koning met pastoor Swinkels een ander vooraanstaand lid van de samenleving, besproken.

Deze pastoor Swinkels, een vriendelijke en erg gezien man, had aanvankelijk wel bezwaren, welke vooral bleken ingegeven door kapelaan Brekelmans, die van deze nieuwigheid niets moest hebben. Uiteindelijk vond pastoor Swinkels het toch goed, mits op zondag pas na de hoogmis met tennissen zou worden begonnen en er niet gemengd zou worden getennist. "Mixed-dubbel" was er dus niet bij. Notaris Snel ging echter gewoon met zijn vrouw tennissen en de kerkelijke bezwaren ebden vanzelf weg.


blz-2De Korenbeurs

 

Bij het maken van de plannen was het oog gevallen op een terrein achter hotel “De Korenbeurs” aan de Marktstraat. Dit hotel stond op het perceel, waar nu M&S Mode staat en tegenover hotel Bellevue (nu Hout Brox). De oplettende waarnemer kan nu tussen de winkels van Foto De Vakman en M&S Mode de toegang tot die tennisbaan nog vinden en ook is achter Foto De Vakman de omheining van de tennisbaan, welke nu dienst doet als parkeerterrein, nog aanwezig.

Het waren zeven vooraanstaande families, die geld bijeen brachten om op dit terrein een betonbaan te laten aanleggen. Ook richtten de zeven families een tennisclub op, welke heel toepasselijk “De Zevenster” werd gedoopt. 

Tot de zeven initiatief nemende families behoorden:

Johan Coenen, fabrikant, de ouders van Doet (voormeld) en Klaas †;

Kirch, directeur melkfabriek;

Koning, de ouders van de latere huisarts Koning, gehuwd met Rie van Sleeuwen (dochter van Jan van Sleeuwen van de smederij en ijzerhandel in de Kapelstraat);

Leo van der Putten, oom van genoemde meisjes Van der Putten en exploitant van de oliemolen in de Bitswijkstraat. (Deze oliemolen werd in 1982 verbouwd tot 14 zgn. HAT-eenheden, woningen voor 1- en 2-persoons huishoudens, thans Houtkers);

Van Sleeuwen-van der Putten, winkel in galanterieën in de Marktstraat op het perceel waar nu Bressers-Mannenmode staat;

Spierings, kassier boerenleenbank en muziekleraar, ouders van de toen 12-jarige Frans Spierings (St. Annastraat 24 Uden); Stael, notaris te Uden;

Bergmann-van der Putten, de ouders van Harrie Bergmann.  

blz-3Zo werd er in het centrum van Uden dus getennist, al was er vooral sprake van “mooi weer tennis”. Er werd ook in stijl getennist, d.w.z. de dames keurig in het lang - wit en de heren in lange broek. Daar Uden nog geen sportwinkels had, moesten kleding en sportartikelen in Den Bosch of Nijmegen worden gekocht.

Door middel van een belletje in een houten huisje bleef het contact met De Korenbeurs bestaan; voor het bezorgen van drankjes wel te verstaan.

In hotel Bellevue werden de “jaarvergaderingen” gehouden met als bijzondere attractie de grote achtertuin voor het jonge volk!  

De Zevenster was een vrienden-club, welke naar eigen goeddunken anderen toeliet of uitnodigde. Vaak ging het daarbij om familieleden of bevriende relaties.

Zo treffen we later namen aan als:
Piet Bollen, dierenarts, gehuwd met Van der Putten,
Koning, huisarts, gehuwd met Van Sleeuwen,
Ph. van Campen, gehuwd met Van der Putten,
Schoenmakers, industrieel te Veghel.

Zonder deel te nemen aan competitie of toernooien en zonder tennislessen dobberde De Zevenster verder, meer een gezelligheidsclubje dan een echte tennisvereniging.

Zo werd dus ook in de oorlogsjaren in het centrum van Uden getennist. Of er bij het missiehuis in die tijd ook werd getennist is niet bekend, daar dit gebouw als geheel door de Duitse bezetters voor eigen gebruik was gevorderd.

Na de tweede wereldoorlog (Uden had intussen 10.000 inwoners) wilden meer mensen gaan tennissen, maar De Zevenster was nog steeds een besloten club van oprichters – eigenaren. Er was zelfs een huishoudelijk reglement, waarin de ballotage aan het bestuur werd opgedragen. De ballotage bleef wel geheim: “Slechts zal worden medegedeeld, of een aspirant lid zal worden aangenomen of niet; werd een aspirant lid gedeballoteerd, zo werd hem het betaalde entree geld gerestitueerd.”  

De Zevenster kreeg in de volksmond dan ook het predikaat ”elitair” toebedeeld.

 

DE GAME FIGHTERS

Het gevolg van de houding van De Zevenster was, dat er om in de aanwezige behoefte te voorzien een nieuwe tennisvereniging werd opgericht. En zo zag op 2 mei 1946 in Uden een tweede tennisvereniging, genaamd   ”De Game Fighters”   het levenslicht, een club voor “gewone” mensen, die in de volksmond al gauw de naam “pettenvereniging” kreeg.  

Deze Game Fighters mochten van de gemeente tennissen op de betonnen tennisbaan van het voormalige Missiehuis St.Willibrord, gelegen tegenover de ijsbaan, achter het huidige hoofdveld van UDI’19. De Duitse bezetters hadden het missiehuis bij hun gedwongen vertrek op 4 september 1944 door brand volledig  verwoest.  

blz-4De nieuwe vereniging betaalde voor het gebruik van de tennisbaan van de paters aan de gemeente een symbolische huurprijs van ƒ 1,-- (ÉÉN GULDEN) per jaar. De voor die jaren nog gebruikelijke geestelijk adviseur werd door de nieuwe club - misschien als reactie op de elitaire houding van De Zevenster - unaniem afgewezen.  

Uden had op deze wijze in 1946 ineens twee tennisverenigingen: De Zevenster in het centrum en De Game-fighters in wat nu het sportpark is. De onderlinge verhouding tussen beide verenigingen was gelet op de voorgeschiedenis wel enigermate gespannen; zo zou nog blijken.  

Uden hoorde in de jaren na de oorlog nog tot de relatief kleinere gemeenten. Maar door serieuze inspanningen van het gemeentebestuur werd Uden als industriekern opgenomen in het provinciale welvaartsplan. Een voor die tijd belangrijke ontwikkeling. Immers, dit betekende groei van de industriële werkgelegenheid in een tot dusver agrarisch dorp.  

Uden dacht dus vooruit en omdat er naast een industrieterrein ook behoefte bestond aan ontspanningsterreinen, voteerde de gemeenteraad in 1950 een crediet voor het opnemen van een terrein ten behoeve van sportvelden annex zwembad, alsmede voor het maken van een schetsplan. 

missiehuis

Toen de paters van de S.V.D. (societas verbum Dei) besloten hun missiehuis niet meer in Uden (maar in Deurne) te herbouwen, zag de gemeente hierin een unieke gelegenheid haar voorgenomen plannen te realiseren.  

De gemeente nam deze gelegenheid te baat en - na enig onderhandelen - werd in 1952 het hele terrein met een oppervlakte van ca 20,5 ha, waaronder een boerderij van de paters voor ƒ 115.000,-- gekocht en tot ontspanningsterrein bestemd. Hiermee werd, nadat ook met pachter Piet Timmers (nu Boekelsedijk 11) een regeling was getroffen, de basis gelegd voor het huidige sportpark van Uden. Het Albert Janssen-pad, langs de tennisbanen , herinnert nog aan de stichter van het missiehuis. Zo houdt het monument in het park (tegenover de tennisbanen, de muurtjes bij de vijver) de herinnering aan het missiehuis (eerst de Urselinen, later de S.V.D.) in stand.

blz-6In de vijftiger jaren leidden de twee Udense tennisclubs elk hun eigen leven: Bij De Zevenster prevaleerde nog altijd het gezelligheidsprincipe, terwijl voor De Game-fighters het sportieve element een belangrijke rol speelde. Elke vereniging handhaafde haar eigen cultuur, welke in de onderlinge confrontaties alleen nog maar werd versterkt. De volksmond typeerde de tegenstelling inmiddels als “de hoeden” en “de petten”.  

Toch ging De Zevenster op een goed moment - mede om haar toekomst zekerte stellen - behoefte gevoelen aan nieuwe jeugdleden. Deze werden dan ook eenvoudiger toegelaten. Anderen zagen hierin weer de kans onder de ballotage uit te komen. Ze meldden hun kinderen als lid bij De Zevenster aan en een jaar later konden zijzelf moeilijk worden geweigerd!  

 

FOETSIE MOETIE

In 1956 wilde “De Game-fighters” in haar streven naar vooruitgang lid worden van de KNLTB, maar hierbij deed zich het probleem voor, dat er al een vereniging met deze naam bestond. Er moest een nieuwe naam worden bedacht, waarvoor - heel democratisch - een prijsvraag werd uitgeschreven. Op een bestuursvergadering ten huize van Harrie Bergmann † werd besloten om nader te informeren naar de mogelijkheid van een lidmaatschap van de KNLTB. Dit was in de zomer van 1955.

Ondertussen was reeds bekend dat in Oss, op de Hertogin Johannasingel, de Heer Habing woonde, gedelegeerde van de KNLTB. Harrie Bergmann (voorzitter) en Willy Aarts (secretaris) spraken af daags na voornoemde vergadering ’s avonds met de fiets naar Oss te gaan. Alwaar toen de eerste contacten zijn gelegd voor toetreding tot de KNLTB.  

De nieuwe naam, ingebracht door Harrie Bergmann luidde: “Foetsie  Moetie”  “geef de bal een klap, dan moet ie foetsie”. Al werd de naam door de KNLTB als “origineel” geaccepteerd en ingeschreven, hij werkte niettemin veelvuldig op de lachspieren. Zo zou het bij begrafenissen pijnlijk kunnen zijn (en ook ervaren):   < een krans met lint en tekst: “Foetsie Moetie” >  

Uden verwelkomde in 1958 intussen haar 15.000-ste inwoner en met de inwonergroei nam - naast andere sporten - ook de belangstelling voor het tennis toe. Maar beide tennisverenigingen hadden nog steeds slechts één betonnen baan ter beschikking.  

De gemeente liet daarom binnen het kader van haar beleidsplan in dit jaar de eerste 3 gravelbanen in het nieuwe sportpark aanleggen, welke op 17 augustus in gebruik konden worden genomen. Zaterdag 16 augustus liet de gemeente telefonisch weten, dat de nieuwe tennisbanen in gebruik konden worden genomen met het verzoek om in ‘t wit en op tennisschoenen te verschijnen.  

De Zevenster en Foetsie Moetie huurden van de gemeente elk één baan voor ƒ 500,-- per jaar (de huidige banen 1 en 3). De banen zouden bovendien elk jaar van huurder wisselen; eerlijker kon het niet! De betonnen baan bij de vijver werd bij de aanleg van andere werken geruimd. De betonnen  baan van de Zevenster in het dorp is, zoals gezegd, nog altijd te bewonderen!  

Intussen was ook bij de ambtenaren van de gemeente, die de plannen voor de uitbreiding van het sportpark hadden voorbereid, interesse voor het tennis gewekt. Mede door de concurrentie tussen de twee lokale verenigingen lukte het hen ook een baan van de gemeente te huren. Het werd baan 2 tussen de twee “kemphanen” in.  

Zo ontstond De Tennisvereniging Ambtenaren, (officieel opgericht op 1 mei 1961), welke meteen 70 leden telde. De ambtenaren stelden onderling roosters op voor wie er wanneer mocht tennissen. Sommigen gingen b.v. op een rustige zondagavond met heel hun gezin op de ambtenarenbaan spelen.

blz-7 In 1959 waren er daarom 3 tennisverenigingen in Uden met elk één gravelbaan in het nieuwe sportpark. Voor die jaren echt een luxe, al bestond er nog geen kleedruimte of paviljoen. Gelukkig stond er aan de kant van het dierenpark een wagen van de Nederl. Heidemij, waar men zonodig kon schuilen of wachten. De gravelbanen waren toch alleen maar in de zomermaanden geopend.  

Ballen werden in die tijd door de clubs verstrekt! De leden van De Zevenster haalden de ballen op bij de voorzitter. Was iemand je voor geweest, dan hing er een bordje bij de deur  “ballen op de baan”. Bij Foetsie Moetie kon je de ballen afhalen bij Lenie Aarts. Waren ze al op de baan, dan stond er bij Lenie een oranje vlaggetje in de bloembak. Ook de ambtenaren hadden een eigen doos ballen. Deze werden gehaald en gebracht bij Math Peters, die toen de witte bungalow voor in het park bewoonde. De prijs voor de ballen bedroeg toen ƒ 26,60 per dozijn. (Anno 2003 zou hiervoor dit bedrag in euro’s moeten worden betaald).  

blz-8Op de ledenvergadering van 27 februari 1959 werd Jos van Oort, als opvolger van J. Aldenhysen, gekozen tot de nieuwe voorzitter van Foetsie Moetie. In deze vergadering werd tevens besloten een lijst op te stellen voor eerste deelname aan de competitie. Alle aanvragen voor toetreding van nieuwe leden werden gehonoreerd. De jaarlijkse feestavond werd - zoals intussen gebruikelijk aan het begin van het nieuwe seizoen - gehouden in café Van Eldonk, Lieve Vrouwenplein. Op zondag 25 mei van hetzelfde jaar wordt er een echte tenniswedstrijd gehouden tegen de tennisclub van Heeswijk.  

Saillant détail in 1959 was, dat De Zevenster door de eigen ballotage een - zo zou later blijken - belangrijk nieuw lid misliep. Ene Wim Koene meldde zich als lid aan bij een bestuurslid, die bij het horen van de naam onmiddellijk een inschrijf formulier nam en de naam “Coenen” (n.b. een van de oprichters) invulde. “Neemt U me niet kwalijk” zei Wim, maar het is “Koene” met een “K”!. Tja, die “K” deed Wim de das om; hij kon geen lid worden. Nam de geschiedenis hier een andere wending? We komen de naam “Koene” in het Udense tennisgebeuren n.l. nog veelvuldig tegen!  

“De Zevenster” begon langzaam maar zeker te vergrijzen, want jongelui, die een aardige bal konden slaan, gingen over naar “Foetsie Moetie”, waar voor hen in sportief opzicht meer mogelijkheden lagen.  

Zo werd er dit jaar bij Foetsie Moetie met junior-leden gesproken over de oprichting van een juniorbestuur en werd een juniorenbestuur geformeerd. Er werd een trainingsschema voor de jeugd opgesteld en door de junioren zelf een junioren-toernooi georganiseerd. P. Diks, H. van de Dungen en secretaresse Lenie Aarts stelden zich beschikbaar om de juniorleden te trainen.  

Het bestuur zou proberen een toernooi in elkaar te zetten. Dit werd het eerste seniorentoernooi, gehouden op 27 en 28 juni 1959. Het zit Wim Koene tot op de dag van vandaag niet lekker, dat hij in de finale van dit toernooi verloor van een lid van De Zevenster, kandidaat notaris Frans Morel.

Wim Koene (weer dezelfde) werd (ondanks genoemd trauma) gevraagd om de senioren te trainen. De eerste deelname aan de competitie was niet echt succesvol verlopen!

 

1960 - 1965

In 1960 bouwde de gemeente een eerste paviljoen annex kleedgelegenheid op de plaats van het huidige paviljoen. Dit paviljoen, dat bestemd was voor zowel de hockeyclub als de 3 tennisverenigingen, werd beheerd door M.H.C.U., die immers ook in de winter van het paviljoen gebruik maakte. Vaak schaarde men zich met het hele team rondom de oliekachel, welke midden in de ruimte stond.

blz-9Was de onderlinge verhouding van de twee onderling concurrerende tennisverenigingen op één park al verre van ideaal, nu moesten ook nog de bardiensten voor de tennissers door de eigen leden worden verzorgd. “Leden van die deftige club, konden het gewone volk toch niet bedienen !” Dus kocht De Zevenster haar verplichtingen voor f.300,-- per jaar af, welk bedrag in ruil voor het overnemen van de bardiensten werd betaald aan “Foetsie Moetie”. Andere opmerkingen, welke als gevolg van wederzijdse kleine irritaties werden gehoord, als: “ik kan toch niet met de kapper of de groenteboer gaan tennissen “ of “officieren en onderofficieren op één baan, dat kan toch niet” duiden op verhoudingen, welke we ons nu  nauwelijks nog kunnen  voorstellen.  

Foetsie Moetie begon in dit jaar - zij het met matig succes - met de zgn. ladderwedstrijden. Ook nam Foetsie Moetie voor het eerst deel aan de regionale competitie met de leden Piet Diks, Harrie Bergmann, Henk van de Dungen en Wim Koene en de dames Els van de Dungen, Maria van Oers, Lenie Aarts en Stefanie Bergmann. Bij de thuiswedstrijden werd gepauzeerd in de schaftwagen van de Ned. Heidemij. Wim Koene trok er toen op zijn fiets uit om bij het zwembad wat frisdrank voor de gasten te gaan kopen.  

In de ledenvergadering van 1961 werd Wim Koene gekozen tot nieuwe voorzitter van Foetsie Moetie. De contributie moest wegens verhoogde baanhuur worden opgetrokken. Besloten werd een girorekening voor de club aan te vragen voor de betaling van de contributie!

Vanaf 28 april 1962 worden bij Foetsie Moetie op zaterdagmiddagen door de heer A. Visser de eerste 10 trainingslessen gegeven, waaraan door 14 van de toen ongeveer 70 leden met enthousiasme werd deelgenomen.  

 

blz-10In 1964 werd Henk van ’t Hul voorzitter van Foetsie Moeti (en deze zocht gedurende de jaren 1964 tot 1968 toenadering tot de Zevenster); secretaris werd Gerard van Dorst en penningmeester St. Bergmann. De vereniging had een begroting van ƒ 1.600,-- en huurde van de gemeente nog steeds één tennisbaan voor intussen ƒ 1.000,-- per jaar. Er was daarbij een batig saldo van ƒ 227,79.

Allerlei activiteiten werden door Foetsie Moetie georganiseerd: Zo werd op 11 en 12 april ter opening van het seizoen het zgn. 11 games toernooi gehouden, dat werd besloten met een feestvergadering. Men had elkaar immers een half jaar lang nauwelijks gezien. Er werd door een team in de 5e en een team in de 4e klasse aan de competitie deelgenomen. In juni werd het jaarlijkse clubtoernooi gehouden. Hierbij werden mevr. Roelofs en Hans Wijnen kampioen.

Het Udense toernooi werd dit jaar eveneens door Foetsie Moetie georganiseerd en ook hier wonnen de mensen van Foetsie Moetie, mevr. Roelofs en Frans van Stiphout, de bekers. Op 4 oktober 1964 werd ter afsluiting van het seizoen een gezelligheidstoernooi van uitsluitend mixed-dubbel gehouden. Lenie Aarts neemt het secretariaat weer over van Gerard van Dorst, die ontslag heeft genomen uit het bestuur en die we later terugzien als secretaris van De Zevenster.  

Er wordt door Foetsie Moetie bij de gemeente aangedrongen op een 2e tennisbaan!

 

blz-11

 

1965 - 1970

Mede als reactie op dit verzoek maar ook binnen het kader van haar beleidsplan legt de gemeente in 1965 het Centrecourt aan en wijst het toe aan Foetsie Moetie (de even weken) en De Zevenster (de oneven weken). In verband met de te spelen competitie kon Foetsie Moetie in maanden april, mei en  juni op zondag over de baan beschikken en De  Zevenster de rest van het seizoen. Het centre-court mocht alleen worden bespeeld als de andere baan bezet was, en mocht niet door de ambtenaren worden gebruikt. De invloed van de gemeente was groot in die tijd. Eerstens omdat de gemeente eigenaar-verhuurder was van het  hele park en ook het onderhoud ervan verzorgde. Maar de gemeente diende ook voorzichtig om te gaan met de onderliggende gevoeligheden.

Op een algemene ledenvergadering van dit jaar werd door Foetsie Moetie een eerste huishoudelijk reglement en een baan- en wedstrijdreglement vastgesteld.  

Al ging de accommodatie erop vooruit, de samenwerking tussen de beide clubs werd er nauwelijks beter op. Bleef De Zevenster door ballotage min of meer besloten, Foetsie Moetie hield haar deuren wijd open en organiseerde zelfs een propaganda-avond om het tennis in Uden te promoten. Foetsie Moetie groeide dan ook gestaag en kon vanaf nu om de andere week ook gebruik maken van het  centrecourt. De begroting van Foetsie Moetie liep op tot ƒ 3.507,00 en had zelfs een batig saldo van ƒ 473,38. Een nieuwe maatregel was, dat de leden voor het eerst zelf voor ballen moesten zorgen.  

blz-12Ook Uden bleef groeien en in mei 1966 werd de 20.000-ste inwoner bij de gemeente ingeschreven. Foetsie Moeti liep in dat jaar uit naar 94 senior- en 24  uniorleden. Er werd met 2  teams (in de 4de en 5de klasse) aan de competitie deelgenomen. Hierin wisten zij de 2de en 3de plaats te bereiken. De vereniging timmerde steeds meer aan de weg en deed dit jaar voor het eerst mee aan een jeugdcompetitie met Veghel, Schijndel en Nistelrode. Er werden plannen gemaakt om een trainer aan te trekken. Maar met de huur van één baan + het gedeeltelijk gebruik van centrecourt en paviljoen bleef het behelpen. Intussen liep de begroting op naar ƒ 4.400,00.  

De onderlinge wrijving tussen de beide tennisverenigingen werd dit jaar nog eens aangewakkerd, toen Foetsie Moetie besloot haar naam te wijzigen. Voorzitter Van ‘t Hul was het beu overal te moeten uitleggen, wat Foetsie Moetie eigenlijk betekende en haalde de ledenvergadering over de naam Foetsie Moetie te wijzigen in Tennis Vereniging Uden (T.V.U.). Deze naam was echter bij de leden van De Zevenster een doorn in het oog: “De petten deden alsof er maar één tennisvereniging in Uden was!”  

Onder deze nieuwe naam echter ging de groei van Tennisvereniging Uden in 1967 gewoon  door. Naast de gebruikelijke toernooien als het 11-gamestoernooi, de clubkampioenschappen en het Udense toernooi, waarvan de wisselbekers bij “T.V.U.” bleven, werd er dit jaar door de Udense jeugd aan een internationaal Pinkstertoernooi in Uden en later een return in Hannover deelgenomen. Hierbij werd wel duidelijk dat ook bij “T.V.U.” nog veel moest worden geleerd. Dit jaar werden dan ook 15 weken competitietrainingen gegeven door de heer Bronkhorst; de organisatie was in handen van mevrouw Gees Terband. Resultaat was wel, dat het 1ste team naar de 3de klasse en het 2de team naar de 4de klasse van de KNLTB promoveerde.  

Om al deze activiteiten in goede banen te leiden, werden er bestuurlijk voor het eerst een aantal commissies ingesteld, t.w. een paviljoencommissie, een technische commissie, een toernooicommissie en een jeugdcommissie, waarbij o.m. het vervoer van de jeugd naar competities moest worden geregeld.  

In 1968 werd bij Tennisvereniging Uden Joep Essink voorzitter en Hette Terband secretaris. Voor het eerst waren er voor T.V.U. 3 banen beschikbaar, waaronder het medegebruik van het centrecourt. Er werd door 4 teams gespeeld in de landelijke competitie van de KNLTB en door 2 jeugdteams in de “Kring Den Bosch”. In 1968 werd Jan Schagen (leraar aan de Levensschool in Uden) voor enkele uren per week als trainer van T.V.U. aangesteld. Mevr. Terband ging met knipkaarten (5 lessen voor ƒ 25,--) de boer op om de kosten te drukken.   In de eerste gemeentegids van Uden, het zgn. vademecum van 1969, staan dan de volgende tennisverenigingen vermeld:

I. Tennisclub “De Zevenster”: Voorz.: P. Bollen, Zeeland, secr.: G. van Dorst; pgm: Ph. Van Campen.

Aantal leden: 100 senior-, 37 junior- en 14 vakantie-leden.

Opgericht: 1 april 1933; (akte 15-7-1935).

II. Tennisvereniging Uden “T.V.U.”:

Voorz.: J. Essink, secr. H. Terband. pgm: mevr. A.van Engelen.

Aantal leden: 290. Opgericht 2 mei 1946 en aangesloten bij de KNLTB in 1956.

III. Tennisvereniging van ambtenaren:

Voorz : C.Horck †; secr.: P.Smits. Opgericht 1-5-1961; 70 leden.  

Uit deze eerste officiële informatie blijkt, dat Tennis Vereniging Uden in ledental intussen tweemaal zo groot was als De Zevenster en dat de Tennisvereniging Ambtenaren op haar oorspronkelijke omvang was blijven steken. 

 

blz-14

 

Er was op tennisgebied over de hele lijn duidelijk sprake van vooruitgang, maar twee clubs op hetzelfde park en in hetzelfde paviljoen zouden met hun verschillende belangen en ambities echte vooruitgang in de weg staan. Dat was voor de besturen wel duidelijk. De toenmalige voorzitter van De Zevenster, P. Søpnel, had al eens bij zijn contacten met zijn vriend en voorzitter van T.V.U., J. Essink † , gesproken over de mogelijkheden van een fusie van de twee verenigingen.

blz-15

 

1970 - 1975

De gemeente Uden groeide intussen door en in 1972 werd de 25.000-ste inwoner verwelkomd. Deze snelle opmars had natuurlijk consequenties voor de hele Udense samenleving en met name voor b.v. de verschillende takken van sport. Omdat de hockeyclub M.H.C.U. inmiddels een eigen paviljoen had gebouwd, kwam het bestaande paviljoen dit jaar volledig ter beschikking van het tennis en werd daarbij ook nog voor ƒ 60.000,-- verbouwd.

Door de verhuizing van de hockeyclub kwam een einde aan het gezamenlijke gebruik van het paviljoen, en het steeds weer overdragen van de inboedel en voorraad tussen hockey en tennis. Tevens ontstond de mogelijkheid voor de aanleg van meer tennisbanen. Hierdoor komen vanaf half mei door uitbreiding van het park 11 gravelbanen en het centrecourt ter beschikking van de drie tennisverenigingen, met de volgende verdeling:

7 banen voor T.V.U. en een ½ centrecourt;

2 banen voor De Zevenster en een ½ centrecourt;

baan 8 voor de Ambtenarentennisvereniging;

baan 2 voor de helft voor TVU en De Zevenster.  

In de ledenvergadering van februari 1972 wordt Frans van Duren voorzitter en Hette Terband secretaris van Tennisvereniging Uden. In dezelfde vergadering staan de statuten en het huishoudelijk reglement van de vereniging ter discussie met als doel: het verkrijgen van koninklijke goedkeuring. T.V.U. zit met intussen 578 leden duidelijk in de lift en wil op alle terreinen vooruit.

blz-16

De toenaderingspogingen tussen de besturen van Tennisvereniging Uden (Frans van Duren en Hette Terband) en van De Zevenster (Paul Søpnel en Rietje Enter) werden voortgezet door nog eens serieus met elkaar te praten. De tijd leek geleidelijk aan rijp voor een fusie.   Nadat de besturen met elkaar op een lijn waren gekomen en concrete afspraken hadden gemaakt, werden op 30 november 1972 de leden van beide verenigingen afzonderlijk bijeen geroepen en met strikt omschreven fusievoorstellen geconfronteerd: De nieuwe vereniging zou 9 bestuursleden krijgen, waarvan 3 afkomstig van De Zevenster en 6 van T.V.U. Alle bezittingen en schulden, rechten en verplichtingen van beide verenigingen gaan onverkort en zonder enig voorbehoud over op de nieuwe vereniging. Er wordt door beide ledenvergaderingen een eensluidend besluit tot ontbinding van De Zevenster en TVU op de dag en het uur, waarop de nieuwe vereniging wordt opgericht.  

Tijdens deze vergaderingen hadden de besturen telefonisch contact met elkaar om te peilen, hoe “de anderen” erover dachten en hoever de vergadering was gevorderd. Het waren spannende uren, maar uiteindelijk werd met grote meerderheid in beide vergaderingen tot samengaan besloten.  

Al moest er formeel voor de opheffing van beide verenigingen op 14 december d.a.v. een tweede ledenvergadering worden belegd, het gezonde verstand had in het belang van het tennis in Uden gezegevierd. Het groene licht was gegeven voor de ontbinding van De Zevenster en van Tennisvereniging Uden.  

1973 - 2003

Op 18 januari 1973 was de oprichtingsvergadering van de nieuwe vereniging, waarbij de 2 bestaande verenigingen werden ontbonden. De naam gaf nog even een probleem. Als Foetsie Moetie in de ogen van De Zevenster niet zo eigenzinnig was geweest haar naam te veranderen in Tennisvereniging Uden, zou deze naam wellicht zijn gekozen als de naam van de nieuwe vereniging; maar bij De Zevenster lag deze naam nog te gevoelig. De nieuwe vereniging werd Lawn Tennis Club Uden gedoopt en goedgekeurd bij Koninklijk Besluit van 6 juli 1973. Er werd met opzet niet gekozen voor de optie dat LTC Uden een fusie was van twee bestaande verenigingen en als zodanig een van de oudste clubs van Nederland zou zijn. Er is formeel een nieuwe vereniging opgericht, zodat men het stukje geschiedenis tot op dit moment alleen kan zien als de prénatale fase van LTC Uden. De naam De Zevenster wordt op dit moment door de Stichting Vrije School Uden gebruikt voor haar school op Bosveld 122.  

In het eerste bestuur van de vereniging werden op basis van zgn. “bloedgroepen” gekozen: Als voorzitter: F. van Duren (TVU); vice-voorzitter: P. Søpnel (Zevenster), secretaris: H. Terband (TVU), penningmeester: A. Buiteman (Zevenster), en leden: mevr. Koene, mevr.Enter, C. Boef, H. Roos en J.v.d.Schaft. Voornamen werden toen nog steeds weinig gebruikt.

Al was LTC Uden met 725 leden op dat moment wellicht de grootste tennisvereniging van Uden en omstreken, bij de start van de vereniging bestond er niet veel meer dan de doelstelling in de statuten:

 “wij willen de tennissport bevorderen”.

Voor het bestuur van de nieuwe vereniging was het duidelijk, dat zo’n grote vereniging alleen zou kunnen functioneren, indien er een organisatiestructuur, gebaseerd op een bepaald efficiënte model, zou worden gehanteerd. De operationele taken binnen de club dienden duidelijk te worden omschreven en samen met de bijbehorende bevoegdheden aan commissies onder leiding van een bestuurslid te worden toegewezen. De commissies zouden zelf hun plannen ontwerpen en deze, vergezeld van een begroting, indienen bij het bestuur. 

Het bestuur kwam in 1973 dertien maal bijeen.

Uitgaande van deze uitgangspunten werden werkterreinen omschreven zoals in- en externe contacten, de verzorging van accommodatie en paviljoen en als hoofdzaak het tennis in prestatieve en recreatieve zin, waarbij met name de jeugd bijzondere aandacht zou krijgen. Op basis hiervan kwam het bestuur tot de volgende commissie-indeling: technischecommissie; toernooicommissie; kascommissie; recreatiecommissie; redactiecommissie; paviljoencommissie; jeugdcommissie; bouwcommissie (verbouwing paviljoen). Elk bestuurslid kreeg de zorg voor een commissie. Deze opzet van commissies was voor die tijd verklaarbaar. De commissies waren afgestemd op de situatie van dat moment, waarbij de gemeente eigenaar was van het hele complex. 

blz-18

De nieuwe vereniging had 10 gravelbanen, inclusief het centrecourt, (één baan was verhuurd aan de Tennisvereniging Ambtenaren) en ging met een begroting van ƒ 52.800,00 enthousiast van start: De koninklijke goedkeuring werd verkregen op basis van de nieuwe statuten. De bouwcommissie onderhandelde met de gemeente over de verbouwing van het paviljoen en het onderhoud van de banen. De technischecommissie verzorgde met Jan Schagen de trainingen van competitie- en jeugdspelers in de Markthal en de gymzaal van de H. Geestschool. Er werd met 6 teams aan de competitie van de KNLTB deelgenomen: (1 in de 3e klas; 2 in de 4e klas; 2 seniorenteams 5e klas en 1 jeugdteam 5e klas). Door de recreatiecommissie werden gezelligheidstoernooien georganiseerd, zoals een openingstoernooi in april en een echtparen- vechtparen toernooi ter afsluiting van het tennisseizoen in september. De toernooicommissie zorgde in juni voor een open B, C, D-toernooi en in augustus een open jeugdtoernooi. Bijna traditioneel (immers al jaren bij T.V.U. georganiseerd) werden in augustus de Udense kampioenschappen gehouden. De redactiecommissie zorgde voor het eerste clubblad!

De toon was gezet, maar er moest op alle terreinen nog veel worden gebouwd en gesleuteld!

De gekozen organisatieopzet zou alleen maar kunnen werken met goede bestuursleden, aangevuld met enthousiaste vrijwilligers voor het commissiewerk en het veldwerk.

Vanaf de start van de nieuwe vereniging werd daarom een sterk beroep gedaan op de vrijwillige hulp van de eigen leden. De successen van LTC Uden zijn dan ook vooral te danken aan het feit, dat veel leden bereid waren voor een aantal jaren een goed deel van hun vrije tijd in hun tennisvereniging te investeren. Zij waren de constante factor, nodig voor de groei van een gezond LTC Uden. Door de jaren heen hebben reeksen van elkaar opvolgende besturen en commissies de steeds bijgestelde doelstellingen gerealiseerd.

Om de vrijwilligers te bedanken pikte het bestuur er elk jaar met zorg één lid uit, die zich op bijzondere wijze voor de vereniging verdienstelijk had gemaakt Om dit lid - mede als representant voor de andere vrijwilligers - te bedanken werd hij of zij in de algemene ledenvergadering in het zonnetje gezet en gehuldigd met de Bruine Beren Beker. Het idee van de Bruine Beren Wisselbeker (eigenlijk niet meer dan een ludieke inval) is afkomstig van Tennisvereniging De Zevenster, waar voorzitter P. Søpnel de eerste Bruine Beren Beker in 1972 uitreikte aan Co van de Berg-Zwartjes, die zich op bijzondere wijze voor De Zevenster verdienstelijk had gemaakt. Als vice-voorzitter van de nieuwe tennisclub bracht Søpnel dit idee in bij LTC Uden, waar de beker het eerst aan Lidy Boef werd uitgereikt.  

De algemene ledenvergadering is (met twee/derde meerderheid) ook bevoegd om leden, die door hun/haar jarenlange activiteiten van bijzondere betekenis voor de vereniging zijn geweest tot erelid te benoemen.

In het bestek van een historisch overzicht kunnen onmogelijk àlle namen van de legers van vrijwilligers, die zich in de loop der jaren voor LTC Uden hebben ingezet en mede hebben gevormd tot de vereniging, welke ze nu is, worden vermeld.

Met respect voor de sportieve bijdragen van al deze andere vrijwilligers moet worden volstaan met de vermelding van de namen van de ereleden en van degenen, aan wie de Bruine Beren Beker werd uitgereikt, op afzonderlijke opgenomen pagina's.

blz-19

In 1974 overweegt het bestuur van LTC Uden de bouw van een tennishal met 2 banen; de gravelbanen konden immers alleen in de zomer worden bespeeld. De heer A. Scheffers zou de plannen voor een hal met de gemeente bespreken. Jan Bergink volgt Hette Terband op als secretaris.

Als bestuursleden treden aan Mevr. P. v.d.Drift, Mevr. J. van Klaveren, en de heer L.Schimscheimer  (ter vervanging van mevr.Enter, mevr.Koene en de heer Roos).

In dit jaar werd door de eigen leden een jeugdplan ontwikkeld, dat de vereniging naar een hoger niveau zou tillen en dat zelfs voor andere verenigingen model heeft gestaan.

Door de recreatiecommissie werd het programma in 1974 uitgebreid met een intercompetitie voor dames, een kruikentoernooi en een laddercompetitie voor heren.

Het kruikentoernooi dankt zijn naam aan het bekende kruikje Matheus-rosé, dat als prijs aan de winnaars werd uitgereikt. Bijzonder detail: in 1974 werd door LTC Uden een telefoonaansluiting voor het paviljoen aangevraagd en verkregen.    

De signalen voor een nieuwe hal werden bij de gemeente snel opgepakt, want reeds op 20 augustus van dat jaar heeft de gemeente overleg met de gebr. Schnetselaar uit Venlo over de bouw van een tennishal in Uden met 5 banen.

Er was intussen ook een parkcommissie bijgekomen om in overleg met de gemeente te zorgen voor verbetering en verfraaiïng van de accommodatie.   In de vergadering van januari 1975 werden de bestuursleden Søpnel en Boef opgevolgd door Pim Nederkoorn en Lies Leenders. Door het werk van de technischecommissie werd de competitie dit jaar uitgebreid met 2 teams in de zaterdagcompetitie, 3 teams in de herencompetitie (3 poulewinnaars) en 5 teams in de huisvrouwencompetitie (2 poulewinnaars). Het 2e zondagsteam promoveerde naar de 3e klasse.

 

blz-20

De paviljoencommissie deed goed werk door sfeerverbeteringen in het paviljoen aan te brengen en de paviljoendienst nog beter te laten lopen. De toernooicommissie voerde hetzelfde programma uit als in 1973 en 1974. De recreatiecommissie heeft haar programma dit jaar uitgebreid met heren ladder wedstrijden.

Hoe was het met LTC Uden als vereniging gesteld na een eerste bestuursperiode van 3 jaar? Familie, vrienden en kennissen proberen wel eens vast te stellen, op wie van de beide ouders het kind het meest lijkt. Uit een eerder ingesteld vergelijkend onderzoek (zie José Louwers 1988) is gebleken, dat LTC Uden de genen in zich draagt voor het “gezelligheidselement van De Zevenster”, maar evenzeer de potentie heeft van T.V.U., welke het “sportieve element” en vooral de werklust van de leden binnen de vereniging verklaart. Na een periode van 3 jaar waren de “bloedgroepen” vergeten. Men mag hieruit afleiden, dat de tussen beide eerdere verenigingen ontstane gevoeligheden eerder door de door  De Zevenster gehanteerde “beslotenheid” waren gegroeid dan dat deze voeding hadden binnen de Udense samenleving.

De volksmond heeft dan ook niet nagelaten met rake typeringen de ontstane tegenstellingen aan de kaak te stellen, totdat deze uiteindelijk op een gezonde wijze werden gecorrigeerd.

Van hoeden en de petten was geen sprake meer! Het tennis in Uden was zijn kinderziekten kwijt en op weg naar volwassenheid.

blz-22

 

1976

In de jaren zeventig was tennis een van de snelst groeiende sporten in Nederland.

Het percentage tennissers bleek in 6 jaar tijd te zijn verhoogd van 2% (in 1970) tot 3,1% (in 1976) naar rato van het aantal inwoners. Voor Uden, dat in dit jaar haar 30.000-ste inwoner begroette, bleek de verwachting gewettigd, dat dit percentage in 1981 tot 3,8% en in 1986 zelfs tot 4,6% zou oplopen. Maatregelen waren dus gewenst.

LTC Uden kampte bovendien met een wachtlijst van 60 aanmeldingen en moest veel tijd steken in het maken van een plan voor optimaal gebruik van de banen. Het enthousiasme van de tennissers was zo groot, dat velen, waaronder de familie Kok, na de sluiting van park en paviljoen, zolang het maar niet had gevroren, doorgingen met tennissen. Zij brachten daarbij zelfs brandertjes, koffie e.d. mee. Het was duidelijk, dat LTC Uden deze te verwachten groei niet op haar eigen accommodatie zou kunnen opvangen. De vereniging stelde daarom op basis van een eigen beleidsplan aan het gemeentebestuur voor niet alleen op haar park aan de Boekelsedijk nog 2 gravelbanen aan te leggen, maar ook te denken over de oprichting van een tweede tennispark in Uden.

In 1976 vinden bovendien de volgende bestuurswisselingen plaats: mevr. Mildred Baan en Hans Denneboom komen in de plaats van: L. Schimscheimer, mevr. Van der Drift en mevr. Van Klaveren.  

De plannen voor een tennishal hadden inmiddels ook voortgang gevonden en op 18 september 1976 werd om 14.00 uur de tennishal “De Schaapskooi” aan de Hockeyweg 1 (nu Tenniscentrum Uden) officieel geopend. Daarmee kwam tevens een einde aan het gebruik ten behoeve van het tennis van de markthal en de gymzaal van de H. Geestschool. 1976 was ook het jaar, waarin de Tennisvereniging Volkel werd opgericht, welke vereniging spoedig daarna op Eeuwsels tennisbanen zou krijgen.

In 1976 werd bij LTC Uden ook de dubbelzijdige tennismuur opgericht, waarop vooral de eerste jaren, toen er nog maar weinig trainers waren, door zeer veel leden intensief werd geoefend.

Een belangrijke factor bij de groei van het tennis in Uden en in het bijzonder van LTC Uden was ongetwijfeld de vliegbasis Volkel, waar al vòòr 1950 twee gravel-banen beschikbaar waren. Niet te achterhalen is, of deze banen zijn aangelegd door de Royal Air Force, die na de operatie “Market Garden” met hun Spitfires de basis van de Duitse bezetters overnam; door de Nederlandse Marine, die er vanaf 1946 militairen voor Indonesië opleidde of door de eigen Luchtmacht, die vanaf 1950 op de basis opereert.  

Daar het merendeel van het basispersoneel in Uden woonde, was er van die zijde een extra instroom van actieve tennissers bij de Udense tennisverenigingen. Feit is, dat veel luchtmachtpersoneel op de basis tenniste en er ook tennislessen kreeg. Zo werd b.v. door sportofficier Aad van Toor gedurende 20 uur per week tennisles gegeven, toen er bij T.V.U. amper een trainer te krijgen was. Op de basis werd getennist d.m.v. intekenlijsten en men kon er vrij tennissen en lessen; zelfs op zondag. 

Opmerkelijk hierbij is, dat hoewel er bij de onderlinge strijd tussen de twee vroegere Udense tennisverenigingen o.m. de kwalificatie “officieren en onderofficieren” werd gehoord, hiervan bij het tennissen op de vliegbasis zelf geen sprake was. Zo was b.v. Van ’t Hul, voorzitter van Foetsie Moetie (later Tennisvereniging Uden), officier op de basis. Wellicht heeft de vliegbasis het proces van de fusie versoepeld. Ook heeft de Luchtmacht in het verleden op het park van LTC Uden de Nederlandse Luchtmacht Kampioenschappen georganiseerd. Op de basis wordt nog steeds getennist, waardoor deze extra voedingsbron voor de Udense tennisverenigingen blijft bestaan.  

blz-23

In 1977 neemt het bestuur afscheid van Jan van der Schaft, die volgens voorzitter Van Duren onmisbaar was voor het clubgebeuren en in het bijzonder voor het paviljoen. Als vergunninghouder voor het paviljoen prijkt zijn naam nog steeds in het “ Tennis Nieuws’’. Frans Theuns neemt zijn plaats in het bestuur over. Dit jaar krijgt de verzorging van het paviljoen als centraal punt van het verenigingsleven bijzondere aandacht. De Udense kampioenschappen geven een doorbraak van de jeugd te zien (Lieselot Koot, Margriet Koot en Lex Bergink)!. In de competitie werden de teams I, II en VII kampioen en slaagde het eerste team er in naar de tweede klasse te promoveren !

In 1978 stond de nieuwjaarsontmoeting op 22  januari in het teken van het eerste lustrum van LTC Uden. Bij deze gelegenheid toonden belangstelling en sfeer nog eens aan, dat de fusie volledig was geslaagd. Het ledental bedroeg op 1 januari 859, waarvan 216  junioren. De wachtlijst vermeldde daarbij nog 115 senioren en 100 junioren als kandidaat leden.  

Dit jaar werden aan de Boekelsedijk 13 banen aan LTC Uden en 1 baan aan de A.T.V. (de ambtenarentennisvereniging) verhuurd. Ook werden de verharde banen 8, 9 en 10 van een nieuwe toplaag voorzien. Op 21 januari van dit jaar neemt Riet Kalisvaart het secretariaat over van Jan Bergink †. Verdere nieuwe bestuursleden zijn: Ton Violier, Peter Baan, Jan Stuurop en Jaap Vos, die in de plaats komen van Pim Nederkoorn, Frans Theuns en Hans Denneboom.

Een speciale lustrumcommissie zorgde op 8 april voor een grandioos openingsfeest met een cabaret door de eigen leden. Het tennisblad verscheen dit jaar met een grote 5 om het lustrum aan te geven.

Het advies van LTC Uden aan de gemeente tot uitbreiding van de tennismogelijkheden in Uden resulteerde op initiatief van enkele LTC-leden, Cees Boef †, Frans Theuns en Loek Schimscheimer, in goede harmonie met LTC Uden op 30 augustus 1978 in de opening van de Tennis- en Squashvereniging “Park Hoeven”.

Voorzitter: H. van Klaveren, secretaris C.Boef.

(9 kunststofbanen, een oefenmuur en 2 squashbanen).

Sinds 1990 heeft ook Park Hoeven 9 kunstgrasbanen.

De nieuwe vereniging maakte gretig gebruik van de naamsbekendheid van een lid van LTC Uden en startte in de herfstvakantie met groot succes het “Gees Terband-jeugdtoernooi”, dat nog werd gewonnen door o.a. Hanneke Ketelaars en Miriam Orlemans.  

4 Uden Sportief

De jaren 1978 t/m 1990 werden in het bijzonder gekenmerkt door het evenement Vier Uden Sportief. Een sportmanifestatie ter promotie van Uden, dat jaarlijks in de voorzomer werd gehouden en een breed sportgala omvatte en daarbij nagenoeg het gehele sportpark in beslag nam. Deze manifestatie was weliswaar geen initiatief van LTC Uden, maar ook het tennispark alsmede de gehele bestuursorganisatie en commissies van LTC Uden waren er nadrukkelijk bij betrokken met een eigen (zeer succesvol) toernooi, het Kruikentoernooi. Na een aantal zeer succesvolle jaren, waarbij steeds ook landelijke coryfeeën als Mr. Pieter van Vollenhoven, de ministers Braks, Van den Broek,Winsemius en Broks, of sportfiguren als Rinus Michels, Evert van Bentum, Anki van Grunsven e.d., naar Uden werden gehaald, werd het evenement in 1990 onder meer door een afnemende belangstelling beëindigd.

blz-26-1

Gelet op het Udense karakter van Vier Uden Sportief, stond de deelname aan het Kruikentoernooi open voor alle seniorleden van de ”Udense” tennisverenigingen. Thans wordt, zo mogelijk altijd in het 2e weekend van juni, het evenzo succesvolle recreatieve Invitatietoernooi gespeeld.  

Om te voldoen aan het nieuwe verenigingsrecht moesten in 1979 de statuten van LTC Uden worden gewijzigd. Hierbij werden doel en middelen ruimer omschreven en tevens extra aandacht gegeven aan de rechten en vooral de plichten van de eigen leden. Dit laatste was kennelijk nodig, daar ook voor deze belangrijke vergadering - wegens te geringe opkomst - de leden een tweede maal moesten worden opgeroepen.

Bij notariële akte van 10 mei 1979 werden de nieuwe statuten formeel vastgesteld en werd de vereniging ditmaal opgericht. De statuten werden door de Koninklijke Lawn Tennis Bond goedgekeurd. Lambert van Lieshout neemt in het bestuur en in de recreatiecommissie de plaats over van Lies Leenders.

De notarieel verleden “Akte van Vereniging” geeft aan dat op dat moment zitting hebben in het bestuur:

Frans van Duren (voorzitter); Ton Violier (vice-voorzitter); Marie Kalisvaart-Pijtak (sekretaresse); Albert Buiteman (penningmeester); Mildred Baan-Leentvaar; Pieter Baan; Lambert van Lieshout; Jan Stuurop; Hans Vos.

Op 1 januari 1979 bedroeg het ledental 902. Ondanks de uitbreiding van de eigen accommodatie en de oprichting van T.C.Park Hoeven was er op 31 december van dit jaar nog een wachtlijst van 125 senioren en 85 junioren.  

In 1980 vindt in Volkel de verwachte uitbreiding van een tennisaccommodatie plaats door de aanleg op Eeuwsels van 4 gravelbanen en een oefenmuur ten behoeve van de in 1976 opgerichte Tennisvereniging  Volkel. Anno 2003 liggen er op Eeuwsels 5 kunstgrasbanen. Door deze uitbreiding wordt de druk op de beide Udense tennisverenigingen verminderd. Bij LTC Uden wordt Atie Duivenvoorden (Riet Kalisvaart) secretaris en Hans Bolt (Albert Buiteman) de nieuwe penningmeester. Verder treden Bea Luitwielen, Piet van Antwerpen en Piet van de Heuvel aan als nieuwe bestuursleden (i.p.v. Pieter Baan, Jaap Vos en Jan Stuurop). Per 1 oktober 1980 gaat de heer Jan Schagen weg, die 12 jaar de jeugd van LTC Uden als trainer heeft begeleid.

blz-26-2

De heer Hans Buddingh uit Oss wordt de nieuwe trainer. Formeel werd Buddingh als trainer in dienst genomen door de Stichting Sportservice N.B. te Tilburg en bij LTC Uden gedetacheerd. De aanstelling gebeurde telkens voor één jaar en zou tot 1986 voortduren. In 1980 wordt de elektrische klok op het park door lid Jan Janssen ter beschikking gesteld. 

blz-27

Op 22 januari 1981 wordt Henk van Engelen (als opvolger van Frans van Duren) de nieuwe voorzitter van LTC Uden, Jack Gaemers (toern.cie) en Hans Kloppenborg (pavilj.cie) worden de nieuwe bestuursleden (Mildred Baan vertrekt).

Het jaar 1982 wordt extra energie geïnvesteerd in de noodzakelijke aanpassing en uitbreiding van het paviljoen. Een bouwcommissie met Jan Marselis, Hans Kloppenborg, Piet Kok en Wil Brok heeft het karwei geklaard. Daar het paviljoen eigendom was van de gemeente, kostte de voorbereiding op het punt van wensen en kosten erg veel overleg. Bijzonder veel aandacht krijgt bij de paviljoencommissie “het draaien” van de bardiensten door vrijwilligers binnen de vereniging. Peter Schoonings neemt in het bestuur de recreatiecommissie over van Lambert van Lieshout.  

Zoals bekend ging het in het begin van de jaren tachtig in Nederland economisch wat minder en ook de gemeente Uden was genoodzaakt de broekriem aan te halen. De gemeente hanteerde bij haar bezuinigingsbeleid het principe, dat sportcomplexen - afgezien van subsidiemogelijkheden voor b.v. de jeugd - kostendekkend zouden moeten zijn. Er werd als gevolg van deze beleidswijziging jaren achtereen door het bestuur van LTC Uden stevig met de gemeente Uden gestoeid over de hoogte van de huurprijzen voor de banen en het paviljoen.

Bij de gesprekken met de gemeente kwam ook het onderhoud van de banen door de vereniging en zelfs de verkoop van het paviljoen aan LTC Uden ter sprake. LTC Uden maakte bij haar beleidsafwegingen tevens plannen om het paviljoen te renoveren. In 1982 werd een intentieverklaring opgesteld om met de gemeente tot een akkoord te komen omtrent de wensen van een verantwoord gebruik van paviljoen en banen.

blz-28

Na lange discussies werd per 1 januari 1983 met de gemeente Uden een huurovereenkomst gesloten, waarbij  LTC Uden “huurt en verklaart in huur aan te nemen een gedeelte van het perceel, kadastraal bekend gemeente Uden, sectie C, nummer 4592, groot ongeveer 15.890 m2 met de daarop aangelegde 14 tennisbanen en tennismuur, welke een gezamenlijke oppervlakte hebben van 9.000m2…..”, voor de duur van dertig jaren.

Uiterlijk per 1 januari 2013 dienen de overeenkomsten met de gemeente Uden dus te worden verlengd.

Verder werd aan LTC Uden voor dezelfde periode een recht van opstal op 535m2 grond verleend voor het paviljoen, dat daarmee in eigendom overging aan LTC Uden. Dit laatste ging gepaard met een eenmalige betaling van ƒ 40.000,-- door LTC Uden aan de gemeente.

De club moest vanaf dat moment ook zelf de banen en het park onderhouden. Onderdeel van de overeenkomst was tevens de verplichting van LTC om “gedurende het speelseizoen dagelijks tenminste één baan ter beschikking te stellen aan personen die niet bij de vereniging zijn aangesloten.” Dit ten behoeve van de Ambtenaren Tennisvereniging, welke immers tot die tijd deze baan rechtstreeks van de gemeente Uden had gehuurd. De gemeente eiste evenwel vooraf haar goedkeuring te verlenen aan de door LTC in rekening te brengen huurprijs Derhalve huurde de Ambtenaren Tennisvereniging één baan. Overeengekomen werd hiervoor baan 13 ter beschikking gesteld.

 

blz-29

In januari 1983 neemt Jaap Vos de voorzittershamer van Henk van Engelen over. LTC Uden staat na haar overeenkomst met de gemeente Uden als beheerder èn eigenaar voor de niet geringe opgave het hele park zonder concrete hulp van de gemeente bedrijfsmatig en sporttechnisch op een verantwoorde wijze te runnen. In de organisatieopzet worden daarom enige wijzigingen aangebracht: -de redactiecommissie komt voorlopig onder het secretariaat; -de jeugdcommissie wordt binnen de technische commissie ondergebracht; -de park- en paviljoencommissie worden 2 aparte commissies, elk vertegenwoordigd in het bestuur; -er wordt een parkmanager voor 26 weken per jaar aangesteld.

Het centre court wordt dit jaar gerenoveerd.  

Toen LTC Uden eenmaal zelfstandig was, besefte het bestuur, dat een zgn. tweesporen-beleid nodig zou zijn om de vereniging financieel goed te laten draaien.

Aan de ene kant was dit beleid gericht op de blijvende betrokkenheid en zelfwerkzaamheid van de eigen leden. Maar een tweede element zou moeten zijn een poging om langs andere wegen fondsen aan te boren, welke de tennissport op termijn zouden kunnen versterken. Zo wordt om te beginnen  het jeugdtoernooi dit jaar door Hout-Brox Intersport gesponsord.

Daar waar voorheen de Udense middenstand LTC Uden welgevallig was met het beschikbaar stellen van “een onsje worst” bij een prijsuitreiking, was dit gebaar van Hout-Brox Intersport de aanzet tot een niet meer weg te denken fenomeen…. Sportsponsoring !.  

In 1984 werd bij LTC Uden een jeugdbestuur (voorzitter Maurice Couwenberg) geformeerd, welke de jeugdbar zou beheren en jeugdactiviteiten zou organiseren. Een van de activiteiten was de organisatie van een tenniskamp voor junioren op ‘Het Roekenbosch’, te Blitterswijk. Alwaar de deelnemers zich per fiets naartoe begaven.

blz-30

In januari wordt Paulien Bremer (Atie Duivenvoorden) secretaris. Andere nieuwe bestuursleden zijn: Wim Spaans † (P.R.), Jan Dekker (recreatiecommissie), Hans Luitwielen (parkcommissie) en Henny Reynen (toernooicommissie), die de plaatsen innemen van Piet van Antwerpen, Piet van de Heuvel en Peter Schoonings. De technischecommissie (Piet den  Hollander) geeft dit jaar bijzondere aandacht aan het trainingsprogramma. Per 1 juli wordt Monique van de Heuvel (eveneens door tussenkomst van de Stichting Sportservice N.B.) voor één jaar benoemd als trainer. Op 1 oktober wordt Mirjam Luca v/d Tillaar voor een jaar benoemd als trainer. Door de parkcommissie werden de banen 1 t/m 5 verlicht en werd het hele park van beregening voorzien, noodzakelijk voor de kwaliteit van het gravel. De P.R.-commissie (voorheen de redactiecommissie) zorgt voor contact met de pers en brengt meer structuur in haar activiteiten door het maken van een sponsorplan, gericht op het werven van fondsen voor de financiering van het jeugdbeleid.  

blz-31

Ook in Odiliapeel wordt geleidelijk aan behoefte gevoeld aan een eigen tennisaccommodatie, maar de gemeente Uden was er nog niet rijp voor. Dus werden de koppen bij elkaar gestoken en omdat er geen andere mogelijkheid was, werden er 2 ZOAB-banen aangelegd op de eigen grond van Leo Rooijmans, in die tijd een van de betere tennissers bij LTC Uden. Deze banen werden op 16 maart 1984 officieel door wethouder Henk Wintjes geopend. Als wethouder van financiën kon Wintjes het wel waarderen, dat Rooijmans zelf deze banen had gefinancierd. Pas later (op 16 februari 1990) werd in Odiliapeel een tennisvereniging opgericht, welke werd genoemd  “De Witteg(h)eit”. Deze naam is afkomstig van een cafeetje langs de vroegere zandweg van Uden naar Mill, beheerd door de weduwe Rooijendijk, die de vermoeide passanten van een drankje voorzag. Het vrouwtje had zelf grijze haren, maar hield ook witte geiten, zodat haar cafeetje door de regelmatige bezoekers ‘De Witte Geit’ werd genoemd. De poort van de vliegbasis op deze plek heet daarom ook “De Witte Geit”. De tennisclub Odiliapeel heeft er zelf een “h” tussen geplaatst, om te symboliseren, dat het tussen de leden onder elkaar altijd “wit” is Ook de rijvereniging van Rooijmans draagt de naam “De Witteg(h)eit”. De tennisaccommodatie is in januari 1999 overgedragen aan Fons Braks en in augustus 2000 voorzien van kunstgras. De tennissers huren nu de baan van Braks.  

Op 24 januari 1985 neemt Ben Hilders het penningmeesterschap over (Hans Bolt). Bolt heeft in zijn 5-jarige periode van penningmeesterschap de hele privatiseringsprocedure meegemaakt en lanceert bij zijn afscheid de slogan: 

 Wat een club ! 

Hans Vos (Wim Spaans) wordt in het bestuur benoemd voor de P.R. De P.R.-commissie zorgt er voor, dat dit jaar reeds verschillende toernooien door Udense bedrijven worden gesponsord. Het jeugdfonds is goed aangeslagen door de uitgifte voor ƒ 10.000,-- van jeugdfonds-obligaties en door de collecte voor “Jantje Beton”, waarvan de helft voor de deelnemende club is. Hierdoor kan het jeugdplan van de technische commissie worden gehandhaafd. Er komt een nieuw afhangsysteem met klokken.

De toernooicommissie breidt haar programma uit met een geslaagd veteranentoernooi. In juni vindt er zelfs een nacht-toernooi plaats van 19.00 tot 04.00 uur in de morgen, gevolgd door ontbijt. Verder wordt er door de technische commissie wederom een kamp voor de jeugd georganiseerd, dat een groot succes wordt. Ditmaal ging de reis naar ‘De Braakman’ in Hoek op Zeeuws-Vlaanderen.

blz-32

In 1986 komen er een reeks wijzigingen in het bestuur:

Hans van Veldhoven (Piet den Hollander) voor de Techn.Cie.

Jan Nelissen † (Hans Luitwielen) voor de parkcie.

Roeland Smits (Henny Reynen) voor de toern.cie.

Simon Tangerink (Hans Kloppenborg) voor de pavilj.cie. 

LTC Uden maakte er met een ledental van 935 een jaar van bezinning van, waarbij het ging om consolidering van eerder vastgesteld beleid en gevoerde activiteiten. Zo werd er door de P.R.-commissie een intensieve ledenwerving gehouden via de pers en tennishal De Schaapskooi. Ook besteedde de commissie veel aandacht aan de sponsoring, rommelmarkten en de collecte voor Jantje Beton; alles t.b.v. het jeugdplan. De uitgifte van het obligatieplan stagneerde echter. Er was verder aandacht voor het laten functioneren van het paviljoen door de eigen leden. Voor de parkcommissie werd nog eens duidelijk, dat LTC met zijn gravelbanen bijzonder weersafhankelijk was. Was in 1985 b.v. overvloedige regenval nog de spelbreker voor de toernooicommissie en waren bij de opening van dit seizoen de banen door de regen nauwelijks bespeelbaar, toch werd 1986 gekenmerkt door tropische temperaturen, terwijl het scharreltoernooi in oktober weer uitviel wegens ...regen. Niettemin werd het seizoen besloten met een “droge” en gezellige haringavond; immers het paviljoen ging nog per 1 oktober dicht. De recreatiecommissie voert het dauwtrappen weer in en met veel succes ! Het contract met trainer Hans Buddingh wordt na 6 jaar beëindigd. Peter van Klaveren wordt de nieuwe hoofdtrainer. Frank  Boef en Monique v.d. Heuvel verzorgden zoals gebruikelijk de zomertraining voor de jeugd. Een enthousiast jeugdbestuur had een uitgebreid programma. Zo werden een eigen openingstoernooi, een paastoernooi voor basisscholen, een intercompetitie en dauwtrappen georganiseerd; een open jeugdtoernooi moest worden afgelast. Er werd weer met succes een jeugdkamp georganiseerd. Ditmaal, en weer op de fiets, naar het Leukermeer.

blz-33

In de algemene ledenvergadering van 27 januari 1987 wordt Roeland Smits (in de plaats van Jaap Vos) de nieuwe voorzitter  van LTC Uden. José Louwers neemt het secretariaat over (Paulien Bremer). Robert Breukers (Roeland  Smits) wordt de nieuwe man voor de toern.cie. Leo Stakenburg (Jan Dekker) komt in het bestuur voor de recr.cie. Bij LTC Uden loopt het ledental wat terug naar 662 senioren en 225 junioren, d.i. samen 887 leden. In dit jaar wordt de laatst termijn aan de gemeente betaald voor de overname van het paviljoen en wordt met het onderhoud van het paviljoen begonnen. De begroting wordt geautomatiseerd. Er wordt een P.R.commissie nieuwe stijl opgericht. Er komt een nieuw afhangsysteem met zgn. LTC-creditcards met naam en pasfoto. (Voordien naamlabels voor sleutelhangers). Door de recreatiecommissie wordt naast het gebruikelijke programma een nieuw ouder/jeugdtoernooi georganiseerd. Het is zo’n nat seizoen, dat de parkcommissie met een verticuteer-machine probeert de gravel waterdoorlatend te maken. Deze methode wordt snel ingeruild voor een “waterwals”, waarmee meer succes wordt geboekt. Wegens enorm succes uit voorgaande jaren werd een jeugdkamp gehouden op ‘Het Vossenhol’, aan de Kagerplassen.  

In 1988 viert LTC Uden haar 3e lustrum met een week-end toernooi op 17 t/m 19 juni. Bij deze gelegenheid krijgt het paviljoen nieuw meubilair. Bovendien komen er fraaie scoringsborden op 10 banen. Gelukkig scoort Wim Kieft, op het EK in de wedstrijd tegen Ierland, juist voor aanvang van de officiële receptie, het beslissende en verlossende doelpunt In deze ontlading gaat LTC feest vieren. De tennissers moeten zelf na gebruik de banen vegen om het gravel in een beetje redelijke staat te houden. Ook de gemeente Uden feest bij gelegenheid van de inschrijving van de 35.000-ste inwoonster in het geboorteregister.

Intussen is Lies Leenders (Simon Tangerink) benoemd in het bestuur voor de pavilj.cie.; en neemt Wim Spaans de techn.cie over (Hans van Veldhoven). Er doet zich in dit jaar de merkwaardige ontwikkeling voor, dat het aantal senioren stijgt, terwijl het aantal junioren terugloopt, waarbij het totaal aantal leden van respectievelijk 664 en 168 = 832 constant blijft. Deze ontwikkeling, in ogenschouw met het actieve jeugdbeleid, stemt het bestuur tot nadenken.

Op termijn kunnen maatregelen, o.m. gericht op verlenging van het tennisseizoen en langere openstelling van het paviljoen, niet uitblijven. Het paviljoen heeft een goed seizoen een redelijke balans, maar….de overige inbreng van de eigen leden laat nog wat te wensen over.

In januari 1989 wordt Wil Couwenberg (Ben Hilders) de nieuwe penningmeester. Jacques van Nunen (Hans Vos) wordt de nieuwe P.R.-man in het bestuur. De banen 1 t/m 7 krijgen een drinkfonteintje. Er komt controle op clandestien tennissen. Er wordt een introducé-label ingevoerd voor f.10,-- per dag. Nieuw dit jaar is het open jeugdtoernooi. De recreatiecommissie breidt haar reeds ruime programma uit met de dinsdagavondcompetitie (voor onze werkende dames).

Op 29 januari 1990 wordt Wim Koene (Roeland  Smits) voorzitter van LTC Uden, welke functie hij ook bij T.V.U. reeds had bekleed. Jan Koster (Wim Spaans) neemt in het bestuur de zorg voor de techn.cie. Sea Bergink (Robert Breukers) wordt voorzitter van de toern.cie.  

blz-35

Op 10 mei wordt o..l.v. Piet den Hollander een speciale commissie ingesteld, welke het bestuur zal adviseren over: “De doelstellingen van de vereniging en de daarvoor vereiste organisatievorm” Een juiste mix tussen prestatief en recreatief tennis. De opzet van de bardiensten en de omvang van het park.

De eerste consequenties zijn: Dat LTC Uden overgaat tot het verlichten van meer banen en daarmee tot het verlengen van het seizoen. Alle commissies krijgen/houden een vertegenwoordiging in het bestuur. De adviescommissie zal verder als klankbord dienen voor het bestuur.   Bij de clubkampioenschappen wordt afscheid genomen van trainer Peter van Klaveren. Zijn opvolgster is Mirjam Luca-van de Tillaar. Monique van de Heuvel blijft de recreatieve training van de jeugd verzorgen.

In 1990 doet zich een nieuw fenomeen voor in de tenniswereld: het VUT-tennis doet zijn intrede bij LTC Uden. Door werkloosheidsmaatregelen van overheid en bedrijfsleven groeit het aantal mensen, dat zoekt naar een zinvolle besteding van hun extra vrije tijd.

Herman Beuvink, die de voorgaande winter met een 18-tal ‘’laatbloeiers’’ in de hal had getennist, neemt op 14 april van dit jaar het initiatief om binnen LTC Uden een vuttersclub te starten, welke in principe op vrijdagmorgen vaste banen ter beschikking zou moeten krijgen. Deze Vuttersclub, welke alleen uit mannen bestond, groeide gestaag uit tot ruim 70 leden anno 2002. Ook bij andere verenigingen werden intussen vuttersclubs opgericht.  

Na 10 jaar is Herman Beuvink echt in de VUT gegaan en heeft Martin van Kuppeveld de organisatie van Herman overgenomen.   Enigermate vergelijkbaar met deze mannen-club is de dinsdagmorgen intercompetitie voor vrouwen (vroegere huisvrouwencompetitie). Deze intercompetitie bestaat ruimschoots langer dan de mannen-club. Zij is in organisatorische zin wel vergelijkbaar. Alhoewel ressorterend onder de auspiciën van de recreatiecommissie, opereren zij geheel zelfstandig. Zij werken elke dinsdagmorgen, zomer en winter, een onderlinge competitie af. Hieraan nemen zo’n 50  dames, variërend van 25 tot 80 jaar aan deel. Deze club wordt geleid door Elly van Dillen (vòòr 1994 o.a. Wilma Kooistra/Lan den Hollander (destijds op donderdagen), Henriëtte Kuit-van Oers, Romana Stakenburg, Maria Cayseele).

In 1990 houdt de Ambtenaren Tennisvereniging, evenals De Zevenster, een van de voorlopers van LTC Uden, op te bestaan en zegt de huur van baan 13 bij LTC Uden op. De leden van de voormalige A.T.V. worden lid van LTC Uden of naar keuze van een andere tennisvereniging in Uden of naaste omgeving. Wellicht wordt hiermee duidelijk, dat een “besloten”, niet op de buitenwereld gerichte vereniging, onvoldoende levensvatbaarheid heeft. In 1990 is eveneens een begin gemaakt met de in dienst neming van een vaste kracht. (Via de NIWOB, thans IBN-Groen). De vaste kracht was nodig voor het vele onderhoudswerk van het eigen park, met name de gravelbanen en is intussen alleszins verantwoord gebleken. Eerst kwam Frans (Jans), spoedig gevolgd door Edwin (van Eerdt), een koppel, dat nu moeilijk nog weg te denken is bij LTC Uden. 

In 1991 wordt het tennis geleidelijk aan ook meer gezien als spel dat past in de toenemende vrije tijd van de leden. En dit heeft zijn consequenties. Er wordt daarom gewerkt aan de accommodatie. De banen 11, 12 en 13 (de oude situatie achter de oefenmuur, waar ook de ambtenaren hun baan hadden gehuurd) worden buiten gebruik gesteld, waarbij een optie voor 2 banen ten oosten van het paviljoen wordt bedongen. Om het gebruik van de overige banen uit te breiden, worden de banen 6 en 7 en het centrecourt van baanverlichting voorzien. Ook wordt er weer een nieuw systeem voor paviljoendiensten ingevoerd: 45 leden draaien een aantal beurten en krijgen daarvoor korting op hun contributie. Er waren wat kanttekeningen bij, maar het systeem werkt niet slecht. Het sponsorbeleid wordt nader uitgewerkt, waarbij men uitgaat van een hoofdsponsor en cosponsors. Ook de windvangers worden in dit verband ten nutte gemaakt. 

blz-36

Vanaf januari is Frans Verstraeten (Lies Leenders) bestuurslid, tevens voorzitter van de paviljoencommissie geworden.  

In 1992 timmert de accommodatiecommissie (voorheen parkcommissie) flink aan de weg. 5 Banen (1, 2, 3, 4 en 5) worden gerenoveerd en het gravel vervangen door Desso/Ubink kunstgras en van nieuwe verlichting voorzien. Zes gravelbanen (6, 7, 8, 9, 10 en het centrecourt) blijven over.

blz-37

Deze eerste omzetting van “gravel” in “kunstgras” ging bepaald niet zonder slag of stoot. Het bestuur had zich terdege voorbereid door op meerdere plaatsen het kunstgras te bestuderen en zich te laten adviseren. Ook op Papendal had men zich over de gevolgen van dit nieuwe materiaal laten voorlichten. Tijdens een in d’n Vorstenburgh belegde algemene ledenvergadering werd fel gediscussieerd en van weerszijde gedreigd met het opzeggen van het lidmaatschap. Na stemming bleek uiteindelijk een grote meerderheid voor de verandering en stemden alleen Toon v.d. Ing, Hans Vos en Henk Sliedrecht, voor wie het gravel nog te “heilig” was, tegen.

blz-38

Voor de investering van in totaal ƒ 125.000,-- werd met gemeentegarantie een lening gesloten bij de RABO-bank. De vaste medewerkers blijken steeds meer een uitkomst, nu het park en het paviljoen het hele jaar open zijn.   In de vergadering van januari wordt Peter van Leeuwen bij het vertrek van Wil Couwenberg de nieuwe penningmeester. Robert Timmerman (Sea Bergink) wordt bestuurslid, tevens voorzitter van de toernooicommissie.  

In 1992 wordt eveneens door een ploeg schilders (Jacq v.d. Emde, Theo Egging, Leo Elshof en Jan v.d. Heuvel) in hun vrije uren een noodzakelijke onderhoudsbeurt gegeven aan alle omheiningen rondom de tennisbanen alsmede aan het buitenschilderwerk van het paviljoen.

Voor de financiering van het kunstgrasproject wordt de Stichting Molenheide onder voorzitterschap van Herman van Iersel opgericht (notariële akte van 9-11-1992), welke stichting de uitvoering van de reconstructie financierde door de exploitatie van de banen op zich te nemen en jaarlijks de kosten door middel van een huurprijs aan LTC Uden in rekening bracht. De onderliggende gedachte voor deze stichting was het fiscaal voordeel met betrekking tot de te betalen BTW. In concreto kon onmiddellijk ƒ 37.000,-- aan B.T.W. worden teruggevraagd, terwijl op termijn over de huurprijs natuurlijk wel BTW verschuldigd zou zijn. Gewijzigde fiscale wet- en regelgeving hebben dit voordeel in 1995 echter beperkt tot uitsluitend de tot dat jaar aangebrachte kunstgrasbanen. 

blz-39

1993, EEN ZWARTE DAG

 Zondag 21 maart 1993 werd een zwarte dag in de geschiedenis van LTC Uden. In de nacht van zaterdag op zondag wordt het pas gerenoveerde paviljoen door brand verwoest. De oorzaak van deze brand is nooit achterhaald. Vroege tennissers en enkele bestuursleden zagen op deze zondagmorgen de brandweer nog nablussen. Latere tennissers van de zondagmorgen-competitie stonden - met taarten in hun hand wegens afsluiting van de competitie - beteuterd naar de smeulende resten van hun paviljoen te kijken.

 “De klok stond stil op 5.50 uur.”

blz-40

 

... EN DE TIJD STOND EVEN STIL

Dit symbolische gegeven werd door de clubleiding aangegrepen door er op te wijzen, dat slechts de tijd even had stilgestaan.

Daarbij was het beeldje van Foetsi Moeti, zij het enigszins geblakerd van de brand gered. Het wordt met zorg bewaard in de trofeeënkast van LTC Uden. Ook de clubvlag van LTC Uden, toevallig bij Edwin thuis in de was, heeft de ramp overleefd. De koperen bol boven het paviljoen, een kunstwerk, waaraan Jan Smits veel vrije uren had besteed, heeft de hitte van de vuurzee niet overleefd.

Er werd snel een noodpaviljoen geplaatst en de tennisactiviteiten gingen gewoon door.

Zo was intussen Marlies Dekker aangetreden als de nieuwe secretaris ter opvolging van José Louwers. Ger Urbanski (Leo Stakenburg) wordt in het bestuur benoemd en voorzitter van de recreatiecommissie. Hans Kampers (Jacqes van Nunen) neemt in het bestuur de verantwoording voor de P.R. op zich. Het Vutterstennis komt dit jaar tot een uitwisseling met Park-Hoeven.

Direct na de brand werden onder leiding van voorzitter Wim Koene en “bouwpastoor” Ton Stegers plannen gemaakt voor een nieuw paviljoen. Met een bouwcommissie (Ton Stegers, Piet Kok en Tiny Kardol) werd vergaderd, overleg gepleegd met de gemeente, werden mogelijkheden onderzocht en berekeningen gemaakt. Een bouwteam o.l.v. Sjef Janssen (Ton van Mierlo, Gerard Karperien, Jan Smits, Wil Couwenberg, Teun Ter Horst †, Peter van Leeuwen, Ad Foudraine, Jan Marselis, Ad Vrenssen en dezelfde schildersploeg uit 1992) werden een deel van de werkzaamheden (slopen, riolering, centrale verwarming, schilderen) in eigen beheer uitgevoerd. De sloopwerkzaamheden betroffen niet alleen het voor de bouw gereed maken van het eigen (afgebrande) paviljoen, maar evenzeer de sloop van onderdelen, deuren, balken, sanitair, verlichting en andere zaken uit theaterzaal De Schouw, welke toen op het Brabantplein voor nieuwbouw moest plaats maken. Al het houtwerk (oud en nieuw) werd door de schildersploeg in de werkplaats van aannemer Jan Peerenboom grondig onder handen genomen. 

Door dit eigen werk werd voor de vereniging een bedrag van ruim ƒ 40.000,-- bespaard.  

blz-41

Op basis van een begroting van in totaal ƒ 690.000,-- werd op 30 oktober 1993 door voorzitter Wim Koene en bouwpastoor Ton Stegers de eerste steen gemetseld.   Architect Jac Louwers en aannemer Jan Peerenboom gaven de plannen - na een clubvriendelijke offerte - en werkend met een open begroting - vorm en gestalte.

blz-41-0002

1994, EEN NIEUW PAVILJOEN

Op 4 juli 1994 vond om 20.30 de feestelijke opening van het paviljoen plaats. Een nieuw aan de eisen van de tijd aangepast paviljoen, was op de puinhopen van 21 maart 1993 verrezen.

blz-42

Het elan van de vereniging was niet gebroken, integendeel de eigen betrokkenheid van leden en de inzet van vrijwilligers bleek sterker dan ooit. Dat alleen de tijd had stilgestaan, en LTC Uden zelf, met toen 831 leden, nog bruiste van leven, was duidelijk aangetoond. De plaquette bij de opening “NON SIBI SED OMNIBUS “, niet voor zich zelf,maar voor allen (tekst afkomstig van Ton van Mierlo †) werd gezien als de basis voor het bestaansrecht van LTC Uden op dit niveau. Na de nieuwbouw is het recht van opstal met de gemeente verlengd tot 31 maart 2024. De huurovereenkomst voor de ondergrond van de banen loopt nog tot 1 januari 2012 (zie 1983). Voor de paviljoendienst was het een jaar van behelpen en geholpen worden. Toch was de omzet in de resterende 11 maanden nog ƒ 100.000,--. De stamtafel in het paviljoen is door Ad Foudraine vervaardigd van materialen uit De Schouw en ook de spotjes in het plafond van het paviljoen zijn afkomstig uit De Schouw. Ook het reserveren van een baan werd aangepast en - dank zij aannemer Jan Peerenboom - in een nieuw “overdekt” systeem ondergebracht, zodat leden, die bij regen willen tennissen, tenminste hun baan droog kunnen afhangen.  

Volgens het reeds uitgestippelde beleid worden in 1994 ook de banen 6 en 7 en het centrecourt van kunstgras voorzien. (Deze banen waren al verlicht)   Er wordt verder een minibaan, zandbak en speelrek voor kinderen aangelegd. Edwin en Frans hebben o.a. gezorgd voor een ruimere en betere fietsenstalling. De accommodatiecommissie komt o.l.v. Ton Stegers (Jan Nelissen/Frans Verstraeten). Han Metz (Frans Verstraeten) wordt voorzitter van de paviljoencommissie.

Nadat het nieuwe paviljoen was gereedgekomen, werd er door de vereniging intensief gesleuteld aan de structuur van de eigen organisatie. Gebaseerd op nieuwe ontwikkelingen en opgedane ervaringen werd de complete commissiestructuur nog eens onder de loep genomen en de specifieke taken van elke commissie duidelijk omschreven. Via de commissievoorzitters behield het bestuur een lijn naar alle commissies en waren de commissies op de hoogte van het door het bestuur gevoerde beleid en incidenteel genomen besluiten.

De Stichting Moleneinde wordt meer met LTC Uden vervlochten.   Er wordt gepleit voor verdere automatisering voor de boekhouding, maar ook voor de ledenadministratie en bardienstregeling. Een budget van ƒ 5.500,-- wordt beschikbaar gesteld voor de aanschaf van een eerste computer.

Per 1 september 1995 treedt Derk Steenbakkers (via de Stichting Sportservice N.B.) aan als de nieuwe trainer van LTC Uden. Verder waren Mirjam Luca en Peter Bax tennistrainers en Aad Petersen de conditietrainer. Maar er gebeurde meer dan tennissen alleen: In dit jaar worden 3 nieuwe banen (11, 12 en 13) aangelegd met kunstgras en verlichting. Alleen de banen 8, 9 en 10 blijven (op aandringen van enkele leden) nog van gravel voorzien. Ook werd de keukenapparatuur uitgebreid, waarmee de bar zich aanpast aan de wensen van leden en gasten. Het buitenschilderwerk kwam volgens planning gereed. Er werd een uitgebreid programma opgesteld van trainingen, competities en begeleiding, waarbij 48 teams waren betrokken.

blz-43

Door de jaren heen zijn belangrijke sponsors voor LTC Uden geïnteresseerd, zoals Bonduelle - EMI - Hout-brox – Rabo Bank - Egelie. Mede door een zeer actieve P.R.-commissie zijn nu voor alle banen zgn. baansponsors aangetrokken. Hierdoor kreeg de vereniging een ruimere armslag voor het ontplooien van diverse activiteiten met name voor training en opleiding van de jeugd.   Op 22 januari 1996 neemt Carla van Veldhoven het secretariaat over (Marlies Dekker) en wordt Cees Keizer de nieuwe penningmeester (Peter van Leeuwen). Ria Hylkema (Han Metz) komt in het bestuur als voorzitter van de paviljoencie. Jan Dekker (Hans Kampers) belast zich in het bestuur met de zorg voor de P.R. John Starren (Robert Timmerman) wordt bestuurslid en voorzitter van de toernooicommissie.

blz-44

Per 1 januari 1997 wordt het contract met de Stichting Sportservice Noord-Brabant door gewijzigde omstandigheden beëindigd en komt Derk Steenbakkers rechtstreeks en voor onbepaalde tijd in dienst van LTC Uden. Derk bleek een uitstekende trainer voor zowel prestatieve als recreatieve spelers, die ook in staat was de eigen kweek voor LTC Uden te behouden. De vereniging volgt in haar beleid tot aanpassing en verbetering de algemeen maatschappelijke tendens tot vernieuwing naar bestuurlijke èn maatschappelijke waarden. De vele activiteiten, competities, toernooien en gezelligheidsevenementen brengen het ledental tot boven de 1000 en de begroting op ƒ 400.000,--. Op 2 september 1997 wordt de door de gemeenteraden van Uden en Veghel voorgenomen fusie tussen de beide gemeenten door de Ie Kamer der Staten Generaal verworpen. Voor LTC Uden had deze beslissing geen directe gevolgen.

In het week-end van 18 en 19 juni 1998 wordt het 25-jarig bestaan van LTC Uden gevierd met een druk bezocht toernooi en een uitbundige feestavond.

blz-44-2

De vereniging heeft op dat moment 1026 leden (215 junioren) en er wordt een ledenstop bepaald bij 1050 leden.

Theo Groothoff (John Starren) wordt bestuurslid en voorzitter van de toernooicommissie. Op 15 maart 1998 loopt het 10-jarig contract met Oranjeboom af. Interbrew Omnidrink wil het contract verlengen met levering Oranjeboombier en eigen Palm.

De succesvolle zomer donderdagavond intercompetitie voor zowel dames als heren wordt dit jaar, gesponsord door Quintes, ook in de winter gespeeld. Deze competitie is intussen bijna uit zijn jasje gegroeid.

blz-45

Vanaf 1999 is het bestuur van LTC Uden (samen met Park Hoeven en Tennisvereniging Volkel) in discussie met de gemeente Uden over de forse huurverhoging voor het tennispark. (Had het niet doorgaan van de fusie met Veghel dan toch wel gevolgen voor LTC Uden?) Uit een grondig ingesteld onderzoek blijkt, dat de gemeente Uden (in vergelijking met andere gemeenten in Noordoost Brabant) aan de tennisverenigingen in Uden een extreem hoge huurprijs in rekening brengt. Mede door de inzet van ons lid Dirk Broekhaus (Leefbaar Uden) werd dit tot onderwerp gemaakt bij de gemeenteraadsverkiezingen 2002. Op 1 maart wordt José van der Logt (Carla van Veldhoven) secretaris. Gerrit Kooistra, lid van de accommodatiecommissie, neemt voorzitterschap van Ton Stegers over en komt ook in het bestuur. De paviljoencommissie gaat gerund worden door Fred van Heulen (Ria Hylkema). Jacques van Amelsfoort (Jan Koster) komt in het bestuur voor de technische commissie.   In de jaren negentig heeft LTC Uden geparticipeerd in de Stichting Team Tennis Uden (later genoemd de Stichting Team Tennis De Peelrand), welke stichting in het begin mede geleid werd door Carla van Veldhoven.  

Omdat in de winterse periode door weersomstandigheden vaak minder kon worden gespeeld, werden door de stichting in een hal toernooien georganiseerd, waaraan de jeugd van de aangesloten verenigingen konden deelnemen om hun tennisniveau op peil te houden, c.q. op te voeren.   Met name de technische commissie heeft zich sterk gemaakt voor deelneming van de eigen jeugd aan deze toernooien. Wellicht door verbetering en uitbreiding van de accommodaties is deze activiteit achterhaald en is de Stichting Team Tennis De Peelrand intussen opgeheven.

Per 1 januari 2000 wordt een nieuw systeem van automatisering ingevoerd. Op 20 maart wordt Leo Stakenburg (Cees Keizer) de nieuwe penningmeester.

LTC TENNIS NIEUWS wordt in een nieuw, bijzonder mooi jasje gestoken! Ook de laatste 3 tennisbanen (8, 9 en 10) worden dit jaar van kunstgras en verlichting voorzien. Het kunstgras had het gravel - zij het in een soms hevig gevecht - uiteindelijk toch royaal van de baan geveegd. De leden van LTC Uden waren van een verplichting verlost! De investering bedroeg ƒ 155.000,-- en is uit eigen middelen betaald. (Dus zonder geldlening en zonder gemeentegarantie).

Verzorging van de paviljoendiensten, jarenlang een zorgenkindje voor bestuur en paviljoencommissie, werd opnieuw bekeken. Bij onderzoek bleek, dat de aanstelling van een pachtbaas voor de vereniging onbetaalbaar zou zijn. Het bestuur heeft daarom voorgesteld de paviljoendienst als een verplichting aan het lidmaatschap te koppelen, m.a.w. alle leden doen er aan mee.

Na de sinds 1973 succesvolle open BCD-toernooien wordt door de toernooicommissie voor het eerst bij wijze van proef ook een open A-toernooi georganiseerd. Daar dit zonder sponsors ondenkbaar is, worden EMI, Rabobank en Jan Peerenboom bereid gevonden voor dit A-toernooi, naast hun sponsoring voor het BCD toernooi, extra bij te dragen.

blz-46

Omdat tennis niet het enige doel in het leven is, collecteert LTC Uden al jaren middels een glazen huisje op de bar in het paviljoen, onder het motto:

“uw wisselgeld voor een . . . . . .thuis ver van huis” voor het sympathieke Ronald Mc Donald Kinderfonds. Bij de prijsuitreiking van de clubkampioenschappen in oktober van dit jaar is een vertegenwoordiger van het fonds aanwezig voor het in ontvangst nemen van een cheque ter waarde van ƒ 2.000,--. Het glazen huisje zit weer aardig vol, maar ligt wel - helaas ook hier door schande wijs geworden - aan de ketting. 

In de redelijk bezochte algemene ledenvergadering van 19 maart 2001 worden weer belangrijke besluiten genomen. Zo wordt besloten tot een nuttige uitbreiding van het paviljoen, welke vooral nodig is voor een verantwoorde huisvesting van leiding, personeel en automatisering.   In deze vergadering trad Wim Koene na 11 jaar af als voorzitter. Hij wordt door de vergadering bij acclamatie benoemd tot erevoorzitter.

Wim wordt (aanvankelijk voor de duur van één jaar) opgevolgd door de voorzitter van de P.R.-commissie Jan Dekker. Marcel Theuns neemt op zijn beurt het voorzitterschap van de P.R.-commissie van Jan Dekker over. Theo Groothoff neemt afscheid als voorzitter van de toernooicommissie. Voor deze vacature wordt nog naar een opvolger gezocht.  

blz-47

Op 5 juli 2001 wordt de 40.000-ste inwoner van Uden ingeschreven. Waar de groei van LTC Uden min of meer gelijke tred hield met de groei van Uden, lijkt de toekomst van onze vereniging met de constante groei van Uden redelijk verzekerd.

In een relatief matig bezochte vergadering op 18 maart  2002 wordt vooral het financiële beleid van het bestuur met de leden geëvalueerd. Vervolgens vinden enige bestuurswijzigingen plaats: Jeanne Cartigny (José van der Logt) wordt de secretaris van LTC Uden. Frans van Nunen (Theo Groothoff) wordt voorzitter van de toernooicommissie. Antoon Sleegers (Jacques van Amelsfoort) neemt de zorg voor de technische commissie op zich.

Dit jaar zal de in 2001 voorgenomen verbouwing  van  het  paviljoen, nodig voor bestuur, administratie en organisatie, worden gerealiseerd.

blz-48

LTC Uden  ANNO 2003 

Aan de hand van doelstellingen, gebaseerd op jarenlange ervaring en gericht op prestatief en recreatief tennis, formuleert het bestuur het beleid voor de vereniging Het besturen met commissies (met eigen taken en verantwoordelijkheden), reeds opgezet bij de oprichting in 1973, regelmatig bijgesteld en geëvalueerd in 1994, heeft tot goede resultaten geleid. Steeds met de eigen inkomsten en aanvullende middelen (zelfwerkzaamheid en sponsoring) proberen het maximale bereiken.

De belangrijkste werkterreinen, worden - behalve door twee vaste medewerkers voor dagelijks onderhoud van de accommodatie - door vrijwilligers verzorgd.

Het bestuur (onder voorzitterschap van Jan Dekker) wordt bijgestaan door een secretariaat (Jeanne Cartigny) en een financiële commissie en een 6-tal functionele commissies, waarbij het beleid bij de uitvoering van de noodzakelijke werkzaamheden tot uitgangspunt dient. In 2003 is de ondersteuning aan het bestuur uitgebreid met een vrijwilligerscoördinator, in de persoon van Mini Bultman. Belangrijk daarbij is een goede coördinatie tussen de verschillende commissies.

Een actueel Huishoudelijk Reglement omvat de gedragsregels en verplichtingen voor de leden ten einde alles zoveel mogelijk in goede banen te leiden.

Gelet op de veelvuldige bestuurswisselingen, is het een hele toer steeds weer nieuwe enthousiaste en deskundige mensen te vinden, die naast hun baan en hun sport nog extra tijd kunnen vrijmaken voor noodzakelijk verenigingswerk. Door de all weather banen zijn ook de vrijwilligers het hele jaar in de weer.

Ter stimulering van dit gedrag en als dank voor de vele gratis uren van deze vrijwilligers heeft de vereniging al vanaf 1979 elk jaar een soort thanks-giving middag en/of avond georganiseerd. Hierbij worden commissieleden en hun partners, de sponsoren en adverteerders uitgenodigd om met elkaar in een specifieke ambiance met bijzondere attracties te genieten van een drankje en een hapje.

LTC Uden heeft door deze wijze van samen besturen en samen werken haar bestaansrecht afdoende bewezen. De vereniging is anno 2003 - met een ledental van 1100 (870 senior- en 230 juniorleden) - nog springlevend en heeft een breed draagvlak in de Udense samenleving en is binnen de sportwereld niet meer weg te denken.

DE FINANCIËLE COMMISSIE (3 personen o.l.v. Leo Stakenburg)

De penningmeester van LTC Uden is tevens penningmeester van de Stichting Molenheid. Het streven is er op gericht de Stichting Molenheide op te heffen en de activa en passiva alsmede de bijbehorende rechten en plichten, in te brengen bij LTC Uden.

De geautomatiseerde administraties zijn - mede door boekhoudkundige assistentie (Willy Aarts) - tijdig en volledig op orde.

De ledenadminsiutratie (Hans van Duijnhoven) ondersteunt mede de contributiebetalingen en de bardienstregeling (Kees Zegers).

Janny Tournier, als opvolger van Peter van Leeuwen, zorgt voor een adequate afhandeling van de kasgelden ten gevolge van de verkopen in het paviljoien.

De begroting 2003 beloopt een bedrag van € 154.000,-- ofwel ƒ 339.371,--. Te vergelijken met ƒ 52.800,-- in 1973.

De vereniging draait dankzij de hoge mate van vrijwilligheid budgettair neutraal.

DE PR&COMMUNICATIE COMMISSIE (5 personen o.l.v. Robert Veuger)

Deze commissie heeft zich door de jaren heen ontwikkeld van een redactiecommissie tot een belangrijke representatieve poot van de vereniging.

De commissie verzorgt de interne en de externe PR voor LTC Uden.

Ook de sponsoring, een belangrijke bron voor LTC Uden heeft de voortdurende aandacht van de commissie. De uitstraling van "het tennis"naar leden en belangstellenden is immers een belangrijk communicatiemiddel voor de sponsors.

Het eenmvoudig gestencilde clubblaadje is in de loop der jaren uitgegroeid tot het TennisNieuws, dat 5 maal per jaar zorgt voor uitgebreide informatie aan alle leden. Mede door de nieuwe sporten in Uden als jeu de boules en golf lijkt de druk op het ledental wat af te nemen. Het ledental bedraagt toch nog 1.100, d.w.z. 870 senior- en 230 juniorleden.

Vanaf 2001 heeft LTC Uden een eigen Website op het internet. Op www.ltcuden.nl kan iedereen te allen tijde gewenste informatie opvragen onder de bittons:

blz-50

DE ACCOMMODATIECOMMISSIE (Gerrit - TON - Piet)

Na jaren werken, experimenteren, veranderen en uitbreiden heeft deze commissie nu de zorg ewn de verantwoording over 14 verlichte kunstgrasbanen, welke zomer en winter, overdag en '-avonds bespeelbaar zijn; alsmede over een eigen paviljoen.

De verzorging, waaronder de beveiliging, de hygiëne, gezondheid (legionella, luchtreiniging) en het baanresreveringssysteem, is volledig in eigen hand, d.w.z. met de welkome hulp van Edwin en Frans. De commissie is doende met de uitbreiding van het paviljoen en blijfdt verder alert op mogelijke verbeteringen b.v. apparatuur in het paviljoen of schuilhokjes bij de banen.

DE PAVILJOENCOMMISSIE (12 personen o.l.v. Piet Rooijendijk)

Deze commissie heeft tijdens het bestaan van LTC Uden een ware metamorfose ondergaan. Een eigen gebouw, dat in 2002 weer aan de nieuwe eisen werd aangepast. Door de nieuwe baanconstructie met kunstgras en verlichting is het paviljoen nagenoeg het hele jaar open.

Op het punt van de bardiensten is veelvuldig geëxpirimenteerd, maar de uiuteindelijke bereidheid van alle leden om zich hiervoor in te zetten heeft geleid tot de oplossing. Een afzondelijke bardienstadministratie (Kees Zegers) wordt hiervoor bijgehouden; lijsten met namen en telefoonnummers gevcen de leden de gelegenheid om zonodig hun beurten onderling te ruilen. Deze bijzondere vorm van massale eigen dienstverlening geeft niet alleen een financieel voordeel, maar versterkt ook de onderlinge band tusen de leden.

De commissie draait in 2003 op bais van een begroting van ruim € 87.000,--.

DE EVENEMENTENCOMMISSIE (11 personen o.l.v. Ger Urbanski)

Deze commissie (voorheen de recreatiecommissie) verzorgt jaarlijks tal van eenmalige evenementen al dan niet met een feestelijk tintje, en daarnaast een aantal onderlinge competities.

Door de jaren heenzijn vele toernooien met meer of minder succes georganiseerd, zoals bv. het dauwtrappen voor dames en heren, een kruikentoernooi, een huisvrouwentoernooi, een echtparen/vechtparen toernooi (later tennis/stennis toernooi) een sluitingstoernooi (ten tijde van de gravelbanen) en zelfs een nachttoernooi met ontbijt. Alle ideeën werden enthousiast uitgeprobeerd, geëvalueerden bijgesteld.

Door de gewijzigde omstandigheden hebben de opgedane ervaringen geresulteerd in enkelenu nog regelmatig plaatsvindende evenementen. Op de jaarlijks kalender, welke men in TennisNieuws kan terugvinden, prijken een aantal toernooien en competities, waarbij het niet alleen gaat om de onderlinge sportieve strijd maar evenzeer om de sfeer en de gezelligheid. De deelname aan de eenmalige toernooien zoals het ABN-AMRO nieuwjaarstoernooi, het Van Neerbosch regio vutters toernooi, het invitatie toernooi (EMI) en andere kunnen bogen op hoge inschrijvingen en mondden vaak uit in spetterende feesten.

Ook de wekelijkse competities, waaronder de Quints intercompetitie (218 deelnemers), de Fortis zondagmorgencompetitie (140 deelnemers), de Vutterscompetitie en de Skarrel-avonden op dinsdag zijn bijzonder in trek. Deze competities eindigen dan ook steevast met een gezellige avond.

img

DE TOERNOOICOMMISSIE (14 personen o.l.v. Frans van Nunen)

Deze commissie organiseert en verzorgt elk jaar bijzondere tennisvormen, waarbij het accent ligt op de krachtmeting van tennissers uit de verre omgeving. Hierbij wordt niet alleen gedacht in tennis in de prestatieve zin, maar ook aandacht gegeven aan het recreatieve tennis en aan sfeer en gezelligheid onder de deelnemers.

De organisatie van deze toernooien vraagt een verantwoorde planning met de KNLTB, omdat ook andere verenigingen eigen toernooien organiseren. Onderlinge afstemming in het verleden heeft geleid tot een 4-tal jaarlijks door LTC Uden te organiseren toernooien, welke intussen grote naamsbekendheid hebben gekregen t.w.: 

Het Rabobank Open jeugdtoernooi (vanaf 1973); Het E.M.I.  Open B-C-D-toernooi (vanaf 1973), vanaf 2000 een A-B-C-D-toernooi, en vanaf 2001 genaamd Nationaal Ranglijsttoernooi (categorie A) en Categorietoernooi (categorie B-C-D). Van het in 2000 gehouden Open A-troernooi was het niveau en het aantal deelnemers, en de belangstelling, boven verwachting en was de proef dus geslaagd. Ook in 2001 en 2002 werd dit toernooi met veel succes herhaald. In 2003 zelfs met de toevoeging "**".

blz-52

Het SEMECS Open veteranentoernooi (vanaf 1985); vanaf 2001 het Senioren+toernooi, gesponsord door Van Neerbos Bouwmaterialen , en verder; De BONDUELLE clubkampioenschappen (vanaf 1980, voordien de Udense kampioenschappen). 

DE TECHNISCHE COMMISSIE (8 persoenen o.l.n. Antoon Sleegers)

Deze commissie, waaronder ook de jeugdcommissie ressorteert,behartigt in de ogen van de tennisliefhebber de tennissport puur sang en streeftr daarin naar het hoogst haalbare voor de indivuduele deelnemers en voor de vereniging. De activiteiten zijn dan ook sterk prestatief en resultaat gericht. Ruim 60 teams met jeugd, senioren en veteranen komen namens LTC Uden uit in verschillende categorieën van de KNLTB landelijke- en districtscompetities.

In een het hele jaar omvattende activiteitenprogramma wordt met trainers, conditietrainers, coaches gewerkt aan begeleiding, balvaardigheid, spel en condities van de deelnemers aan de verschillende competities.

Alle facetten van het tennis, de competitie hebben aandacht van de commissie. Zo worden bij de jeugs informatiebijeenkomsten georganiseerd voor de competitiespelers, hun ouders en coaches. Niets wordt daarbij aan het toeval overgelaten.

Regelmatig worden kampioenschappen behaald. De competitie eindigt dan ook met een gezamenlijkefeestavond, en met een huldiging van de kampioenen.

blz-53